Zomertijd: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Richardw (overleg | bijdragen)
Versie 11857217 van Stormbeest ongedaan gemaakt. Niet de TIJD maar de KLOK wordt verzet. Rest van de opmerking slaat dan nergens meer op.
Geen bewerkingssamenvatting
Regel 9: Regel 9:
'''Zomertijd''' (in België ook vaak '''zomeruur'''; internationale benaming '''Daylight Saving Time''' of '''DST''') is de tijd die gedurende de zomermaanden wordt aangehouden door de klok een uur vooruit te zetten, dit wil zeggen de klok een uur voor te laten lopen op de standaardtijd (die in dit verband ook wel [[wintertijd]] genoemd wordt).
'''Zomertijd''' (in België ook vaak '''zomeruur'''; internationale benaming '''Daylight Saving Time''' of '''DST''') is de tijd die gedurende de zomermaanden wordt aangehouden door de klok een uur vooruit te zetten, dit wil zeggen de klok een uur voor te laten lopen op de standaardtijd (die in dit verband ook wel [[wintertijd]] genoemd wordt).


Net als de wintertijd heeft de zomertijd een afwijking tenopzichte van de [[zonnetijd]]. De grootte van die afwijking is afhankelijk van de plek waar men zich bevindt: in het meest oostelijke deel van het Nederlandse taalgebied ([[Nieuweschans]] in Groningen) staat de zon 's middags om 13:31 u. (zomertijd) op haar hoogste punt terwijl dat in het meest westelijke deel van het Nederlandse taalgebied ([[De Panne]] in West-Vlaanderen) pas om 13:50 u. (zomertijd) het geval is.
Net als de wintertijd heeft de zomertijd een afwijking ten opzichte van de [[zonnetijd]]. De grootte van die afwijking is afhankelijk van de plek waar men zich bevindt: in het meest oostelijke deel van het Nederlandse taalgebied ([[Nieuweschans]] in Groningen) staat de zon 's middags om 13:31 u. (zomertijd) op haar hoogste punt terwijl dat in het meest westelijke deel van het Nederlandse taalgebied ([[De Panne]] in West-Vlaanderen) pas om 13:50 u. (zomertijd) het geval is.


Mensen worden een bepaald aantal uren na zonsopgang wakker. In de zomer komt de zon echter al zo vroeg op dat er daglicht verloren gaat. Bij het verzetten van de klok wordt dit daglicht weer gebruikt. Hierdoor blijft het dan 's avonds weer langer licht en kan men zodoende bezuinigen op elektrische verlichting.
Mensen worden een bepaald aantal uren na zonsopgang wakker. In de zomer komt de zon echter al zo vroeg op dat er daglicht verloren gaat. Bij het verzetten van de klok wordt dit daglicht weer gebruikt. Hierdoor blijft het dan 's avonds weer langer licht en kan men zodoende bezuinigen op elektrische verlichting.
Regel 63: Regel 63:
=== Nederland ===
=== Nederland ===
De zomertijd is niet altijd op dezelfde dag ingevoerd:
De zomertijd is niet altijd op dezelfde dag ingevoerd:
*1916-1939: vroegste begindatum 26 maart (1922), laatste einddatum 8 oktober (in 1922, 1933 en 1939)
*1916-1939: voor de vaststelling van de duur van de zomertijd werden verschillende regels toegepast, zoals blijkt uit de jaarlijkse publicaties in het [[Staatsblad_van_het_Koninkrijk_der_Nederlanden | Staatsblad]]. De vroegste begindatum was 26 maart (in 1922), de laatste einddatum 8 oktober (in 1922, 1933 en 1939)
*1940-1942: ononderbroken zomertijd van 16 mei 1940 tot 2 november 1942
*1940-1942: ononderbroken zomertijd van 16 mei 1940 tot 2 november 1942
*1943: zomertijd van 29 maart tot 4 oktober
*1943: zomertijd van 29 maart tot 4 oktober
Regel 69: Regel 69:
*1945: zomertijd van 2 april tot 16 september
*1945: zomertijd van 2 april tot 16 september
*1946-1976: geen zomertijd
*1946-1976: geen zomertijd
*1977-1980: zomertijd loopt van de eerste zondag in april tot de laatste zondag vóór (of op) 1 oktober. Vroegste begindatum: 1 april (in 1979), laatste einddatum: 1 oktober (in 1978).
*1977-1980: zomertijd loopt van de eerste zondag van april tot de laatste zondag vóór (of op) 1 oktober. Vroegste begindatum: 1 april (in 1979), laatste einddatum: 1 oktober (in 1978).
Vanaf 1981 geldt de regeling zoals vastgesteld in een richtlijn van de [[Europese Unie]]:
Vanaf 1981 geldt de regeling zoals vastgesteld in een richtlijn van de [[Europese Unie]]:
*1981-1995: de zomertijd loopt vanaf de laatste zondag van maart tot de laatste zondag van september. Hierdoor was de vroegste begindatum 25 maart (in 1984 en 1990) en de laatste einddatum 30 september (in 1984 en 1990).
*1981-1995: de zomertijd loopt van de laatste zondag van maart tot de laatste zondag van september. Hierdoor was de vroegste begindatum 25 maart (in 1984 en 1990) en de laatste einddatum 30 september (in 1984 en 1990).
Met ingang van 1996 eindigt de zomertijd (eveneens volgens een richtlijn van de Europese Unie) op de laatste zondag van oktober. Deze wijziging werd doorgevoerd om de zomertijd met die in het [[Verenigd Koninkrijk]] te synchroniseren.
Met ingang van 1996 eindigt de zomertijd (eveneens volgens een richtlijn van de Europese Unie) op de laatste zondag van oktober. Deze wijziging werd doorgevoerd om de zomertijd met die in het [[Verenigd Koninkrijk]] te synchroniseren.
*1996-heden: vroegste begindatum: 25 maart (in 2001 en 2007), laatste einddatum: 31 oktober (in 1999 en 2004).
*1996-heden: vroegste begindatum: 25 maart (in 2001 en 2007), laatste einddatum: 31 oktober (in 1999 en 2004).


De zomertijd eindigt zoals gezegd op de laatste zondag van oktober, als de klok om 03.00 uur teruggezet wordt op 02.00 uur (weer om 01.00 uur [[UTC]]). Behalve in [[IJsland]], dat geen zomertijd kent, is dit de situatie in alle [[Europa (continent)|Europese]] landen. In alle tijdzones (west, centraal en oost) wordt de klok op hetzelfde moment verzet.
De zomertijd begint nu dus op de laatste zondag van maart (als de klok om 02.00 uur - 0100 [[UTC]] - een uur vooruit wordt gezet) en eindigt op de laatste zondag van oktober (als de klok om 03.00 uur - 0100 UTC - een uur terug wordt gezet). Omdat het tijdstip van overgang gekoppeld is aan 0100 UTC wordt in alle Europese tijdzones (west, centraal en oost) de klok op hetzelfde moment verzet. Uitzonderingen zijn [[IJsland]] (dat geen zomertijd kent) en [[Rusland]] (waar de overgang plaatsvindt om 02.00 lokale tijd - en dus niet om 0100 UTC).


De [[Europese Commissie]] zal in de nabije toekomst beslissen of dit zo blijft. Er zijn drie mogelijkheden: ofwel alles blijft zoals het nu is, ofwel er worden andere data overeengekomen ofwel de zomertijd wordt volledig afgeschaft. Enkele lidstaten hebben namelijk tegenargumenten naar voren gebracht.
De [[Europese Commissie]] zal in de nabije toekomst beslissen of deze regeling zo blijft bestaan. Er zijn drie mogelijkheden: ofwel alles blijft zoals het nu is, ofwel er worden andere data overeengekomen ofwel de zomertijd wordt volledig afgeschaft. Enkele lidstaten hebben namelijk tegenargumenten naar voren gebracht.


In de overzeese gebieden van het [[Koninkrijk der Nederlanden]], de [[Nederlandse Antillen]] en [[Aruba]], geldt geen zomer- of wintertijd. Hierdoor bedraagt het tijdverschil met deze gebieden in de zomer zes uur en in de winter slechts vijf uur.
In de overzeese gebieden van het [[Koninkrijk der Nederlanden]], de [[Nederlandse Antillen]] en [[Aruba]], geldt geen zomer- of wintertijd. Hierdoor bedraagt het tijdverschil met deze gebieden in de zomer zes uur en in de winter vijf uur.


=== Australië ===
=== Australië ===

Versie van 31 mrt 2008 15:47

Voorjaar: Omschakeling van wintertijd naar zomertijd
Najaar: Omschakeling van zomertijd naar wintertijd

Zomertijd (in België ook vaak zomeruur; internationale benaming Daylight Saving Time of DST) is de tijd die gedurende de zomermaanden wordt aangehouden door de klok een uur vooruit te zetten, dit wil zeggen de klok een uur voor te laten lopen op de standaardtijd (die in dit verband ook wel wintertijd genoemd wordt).

Net als de wintertijd heeft de zomertijd een afwijking ten opzichte van de zonnetijd. De grootte van die afwijking is afhankelijk van de plek waar men zich bevindt: in het meest oostelijke deel van het Nederlandse taalgebied (Nieuweschans in Groningen) staat de zon 's middags om 13:31 u. (zomertijd) op haar hoogste punt terwijl dat in het meest westelijke deel van het Nederlandse taalgebied (De Panne in West-Vlaanderen) pas om 13:50 u. (zomertijd) het geval is.

Mensen worden een bepaald aantal uren na zonsopgang wakker. In de zomer komt de zon echter al zo vroeg op dat er daglicht verloren gaat. Bij het verzetten van de klok wordt dit daglicht weer gebruikt. Hierdoor blijft het dan 's avonds weer langer licht en kan men zodoende bezuinigen op elektrische verlichting.

Ongeveer 70 landen kennen momenteel zomer- en wintertijd.

Oorsprong

Er is wel eens beweerd dat zomertijd voor het eerst voorgesteld werd door Benjamin Franklin in een brief aan de redactie van de Journal of Paris. Het artikel was echter als grap bedoeld en bovendien stelde Franklin niet voor om de zomertijd in te voeren, maar dat men vroeger moest opstaan en naar bed gaan.

Het eerste serieuze voorstel kwam van de Engelsman William Willet in zijn Waste of Daylight (Verspilling van daglicht) uit 1907, maar hij was niet bij machte om het van de Britse regering gedaan te krijgen ondanks steun van een aanzienlijke groep parlementsleden.[1]

Geschiedenis

De eerste praktische toepassing van zomertijd was door de Duitse regering gedurende de Eerste Wereldoorlog, tussen 30 april 1916 en 1 oktober 1916. Kort daarop volgde ook het Verenigd Koninkrijk, voor het eerst van 21 mei 1916 tot 1 oktober 1916. Vervolgens voerde het Congres van de Verenigde Staten op 19 maart 1918 verschillende tijdzones in (die al sinds 1883 bij de spoorwegen in gebruik waren) en maakte de zomertijd officieel (in werking tredend op 31 maart) voor de rest van de Eerste Wereldoorlog. Het werd in 1918 en 1919 gedurende zeven maanden in acht genomen. De wet bleek echter zo onpopulair (hoofdzakelijk omdat men destijds meestal vroeger opstond en naar bed ging dan tegenwoordig) dat deze werd afgeschaft.

Ook in de Tweede Wereldoorlog was de zomertijd in gebruik. In het Verenigd Koninkrijk kende men zelfs een dubbele zomer- en wintertijd.

Kritiek

In de landbouw geeft de zomertijd problemen, omdat het vee met de kunstmatige omschakeling van het uur niet om kan gaan. Zo zullen koeien niet vroeger opstaan. Voorstanders beweren echter dat men van de zomertijd meer profijt dan schade heeft, waarbij men vooral energiereductie aanhaalt als voordeel.

Een van de bezwaren van de zomertijd heeft te maken met de tijdzones. Tijdens de wintertijd staat de klok in West-Europa al een uur voor op de zonnetijd, gedurende de zomertijd wordt dit zelfs 2 uur. Het dagritme van mensen loopt dus niet synchroon met het ritme van de zon, en 2 uur verschil wordt door sommige mensen als te groot ervaren. Vooral landbouwers vinden dit een groot probleem aangezien hun dieren wel op zonnetijd leven.

Een ander veelgehoord bezwaar van de zomertijd/wintertijd is dat het elke keer een hele aanpassing vergt van het dagritme van mensen om over te schakelen, vooral kinderen, ouderen en avondmensen hebben hier last van, waardoor ze in de week na de aanpassing oververmoeid kunnen raken.

Verder wordt in twijfel getrokken of de lagere verlichtingskosten de hogere airconditioningskosten wel compenseren. Ook een ander voordeel, meer namiddagzon, wordt in twijfel getrokken aangezien mensen meer energie gaan verbruiken door bijvoorbeeld met de auto te rijden.

In 2007 hebben wetenschappers van de Rijksuniversiteit Groningen, in samenwerking met de Ludwig-Maximilians-Universiteit München, aangetoond dat de zomertijd een langdurig en behoorlijk groot effect heeft op de biologische klok van de mens. Ten grondslag aan dit onderzoek ligt een online vragenlijst over slaapgedrag die meer dan 50.000 mensen hebben ingevuld. De biologische klok heeft een vaste cyclus van ongeveer 24 uur en past zich in de zomerperiode niet aan. Daardoor slapen mensen in de zomermaanden minder en slechter. Het verstoorde waak-slaapritme verdwijnt pas weer na het beëindigen van de zomertijd.

Zomertijd niet voor planten

Organismen anders dan de mens laten hun levensritme niet door een uurwerk bepalen. Zo zal een plant of gewas midden op de dag meer water nodig hebben omdat de zon dan het hoogste punt bereikt. Door het verzetten van de klok in de zomer is dit midden op de dag niet meer tussen 12:00 en 13:00 maar een uur later. De stand van de zon is voor de plant belangrijker dan de stand van de wijzers van de klok. Kwekers en verzorgers van planten houden gedurende de zomertijd rekening met deze tijdverschuiving van een uur. In regelapparatuur die toegepast wordt in de tuinbouw worden de tijdstippen waarop het een en ander gebeurt dan ook in de zomermaanden een uur vooruit gezet, de klimaatstrategie voor het gewas verandert daardoor niet. Bij het terugschakelen naar wintertijd wordt dan de klok weer terug gezet, de tijdstippen worden dan ook een uur terug gezet.

Ezelsbruggetjes

Om te onthouden of de klok voor- of achteruit gezet dient te worden is er een ezelsbruggetje: je wint er tijd mee. Bij de overgang naar de wintertijd telt de dag van de klokverdraaiing 25 uur. Er wordt dus één uur tijd gewonnen.

Een ander ezelsbruggetje is in het voorjaar zet men de klok vooruit en in het najaar zet men de klok achteruit. Of als het weer achteruit gaat (het wordt kouder), gaat de klok een uur achteruit. Gaat het weer vooruit (het wordt warmer) gaat de klok een uur vooruit.

In het (Amerikaans) Engels bestaat er het ezelsbruggetje spring forward, fall back (lente/spring vooruit, herfst/val terug).

Gebruik in verschillende landen

 Gebieden die zomertijd kennen
 Gebieden die geen zomertijd meer kennen
 Gebieden die nooit zomertijd hebben gekend

Algemeen

Het zal duidelijk zijn dat de zomertijd alleen waarde heeft in gebieden tussen de keerkringen en de poolcirkels, daar de lengte van de tropendag niet voldoende varieert voor het nut van de zomertijd en zomerdagen aan de beide polen geen nacht kennen. Hawaï, Thailand en de Noordelijke gedeelten van Australië bijvoorbeeld hebben geen zomertijd. Ook IJsland, het autonome land met de meest noordelijk gelegen zuidgrens, kent geen zomertijd. Tasmanië maar ook bijvoorbeeld Nieuw-Zeeland voeren de zomertijd vroeger in en hebben het voor een langere periode dan de andere Australische deelstaten die zomertijd hebben.

Bovendien werkt de zomertijd op het andere halfrond andersom. Zetten we in Europa de klok een uur vooruit, dan gaat ongeveer op hetzelfde moment in Australië - als men daar zomertijd hanteert - de klok een uur achteruit, terug naar wintertijd. Het tijdverschil is dus in onze zomer twee uur minder dan in onze winter.

Nederland

De zomertijd is niet altijd op dezelfde dag ingevoerd:

  • 1916-1939: voor de vaststelling van de duur van de zomertijd werden verschillende regels toegepast, zoals blijkt uit de jaarlijkse publicaties in het Staatsblad. De vroegste begindatum was 26 maart (in 1922), de laatste einddatum 8 oktober (in 1922, 1933 en 1939)
  • 1940-1942: ononderbroken zomertijd van 16 mei 1940 tot 2 november 1942
  • 1943: zomertijd van 29 maart tot 4 oktober
  • 1944: zomertijd van 3 april tot 2 oktober
  • 1945: zomertijd van 2 april tot 16 september
  • 1946-1976: geen zomertijd
  • 1977-1980: zomertijd loopt van de eerste zondag van april tot de laatste zondag vóór (of op) 1 oktober. Vroegste begindatum: 1 april (in 1979), laatste einddatum: 1 oktober (in 1978).

Vanaf 1981 geldt de regeling zoals vastgesteld in een richtlijn van de Europese Unie:

  • 1981-1995: de zomertijd loopt van de laatste zondag van maart tot de laatste zondag van september. Hierdoor was de vroegste begindatum 25 maart (in 1984 en 1990) en de laatste einddatum 30 september (in 1984 en 1990).

Met ingang van 1996 eindigt de zomertijd (eveneens volgens een richtlijn van de Europese Unie) op de laatste zondag van oktober. Deze wijziging werd doorgevoerd om de zomertijd met die in het Verenigd Koninkrijk te synchroniseren.

  • 1996-heden: vroegste begindatum: 25 maart (in 2001 en 2007), laatste einddatum: 31 oktober (in 1999 en 2004).

De zomertijd begint nu dus op de laatste zondag van maart (als de klok om 02.00 uur - 0100 UTC - een uur vooruit wordt gezet) en eindigt op de laatste zondag van oktober (als de klok om 03.00 uur - 0100 UTC - een uur terug wordt gezet). Omdat het tijdstip van overgang gekoppeld is aan 0100 UTC wordt in alle Europese tijdzones (west, centraal en oost) de klok op hetzelfde moment verzet. Uitzonderingen zijn IJsland (dat geen zomertijd kent) en Rusland (waar de overgang plaatsvindt om 02.00 lokale tijd - en dus niet om 0100 UTC).

De Europese Commissie zal in de nabije toekomst beslissen of deze regeling zo blijft bestaan. Er zijn drie mogelijkheden: ofwel alles blijft zoals het nu is, ofwel er worden andere data overeengekomen ofwel de zomertijd wordt volledig afgeschaft. Enkele lidstaten hebben namelijk tegenargumenten naar voren gebracht.

In de overzeese gebieden van het Koninkrijk der Nederlanden, de Nederlandse Antillen en Aruba, geldt geen zomer- of wintertijd. Hierdoor bedraagt het tijdverschil met deze gebieden in de zomer zes uur en in de winter vijf uur.

Australië

In Australië is het al dan niet gebruiken van zomertijd een aangelegenheid voor iedere staat/territorium individueel. Het Australisch Hoofdstedelijk Territorium, Nieuw-Zuid-Wales, Tasmanië en Victoria kennen de zomertijd. In Tasmanië gaat die vroeger, gewoonlijk begin oktober, in dan in de andere staten. Het Noordelijk Territorium, West-Australië en Queensland hebben geen zomertijd. Queensland probeerde het begin jaren '70 en opnieuw in de jaren '90, maar het sloeg niet aan en werd weer afgeschaft. West-Australië probeerde het zes keer tussen 1917 en 1992 maar drie keer werd het door een nipte meerderheid van de bevolking verworpen in een referendum.

Brazilië

Brazilië voerde de zomertijd voor de eerste keer in in 1931 en heeft het sinds 1985 onafgebroken gekend in de Zuidelijke staten van het land. De begin- en eindmomenten zijn variabel. Gewoonlijk start de zomertijd om middernacht op een zondag in oktober (zelden november) en eindigt het om middernacht op een zondag in februari of maart.

Canada

Het gebruik van zomertijd is in Canada een provinciale bevoegdheid. Alberta, Brits-Columbia, Manitoba, New Brunswick, Ontario, Prins Edwardeiland, de Northwest Territories, Nova Scotia, Québec en Yukon Territory volgen de Verenigde Staten en zullen dus vanaf 2007 de zomertijd op de tweede zondag van maart starten en op de eerste zondag van november weer stoppen. Newfoundland, Nunavut en Saskatchewan blijven bij de oude eerste zondag van april en de laatste zondag van oktober. Van die laatste kent slechts een klein deel de zomertijd. In British Colombia, Nuvavut, Ontario en Québec zijn gebieden die geen zomertijd volgen.

Chili

Chili kent sinds 1927 de zomertijd. Destijds was het land verdeeld in twee tijdzones. De huidige wet uit 1970 geldt voor het hele land en bepaalt dat de zomertijd begint om middernacht op de tweede zaterdag van oktober en weer eindigt om middernacht op de tweede zaterdag van maart. In bepaalde jaren werden die data aangepast om politieke of klimatologische redenen.

China

De Volksrepubliek China heeft van eind jaren '80 tot begin jaren '90 de zomertijd uitgeprobeerd. Onder meer vanwege de grootte van het land werd zomertijd niet praktisch bevonden. China gebruikt nu één tijdzone die geldt voor het gehele land. China's eerste zomertijd begon in 1986 op 3 mei om middernacht. De volgende jaren begon het telkens halfweg april. De zomertijd liep altijd halfweg september af tot hij na 1991 afgeschaft werd.[2]

Cuba

Cuba kent al lang de zomertijd en gebruikt daarbij een variabele periode. Het land had bijvoorbeeld een doorlopende zomertijd van 27 maart 2004 tot 29 oktober 2006, een periode van ruim tweeëneenhalf jaar. Vanaf 2007 verloopt de zomertijd weer regelmatig.[3]

Egypte

Egypte kent reeds gedurende decennia onafgebroken de zomertijd. Die begint normaal de laatste vrijdag van april en duurt tot de laatste donderdag van september, telkens om middernacht.[4]

Filipijnen

Op de Filipijnen werd van 1986 tot 1998 sporadisch met zomertijd geëxperimenteerd, telkens gedurende een korte periode. Dit vooral vanwege de energiecrisis waarin het land zich bevond. Het doel was om het stroomverbruik te verminderen. In april 2006 stelde het Filipijnse ministerie van handel en industrie de maatregel opnieuw voor tegen de stijgende olieprijzen.[5]

Guatemala

Guatemala kende in 1973, 1983 en 1991 zomertijd. Op resp. 24 november, 20 mei en 22 maart om 23:59:59 ging de klok een uur vooruit om op resp. 23 februari en 23 en 6 september weer achteruit te gaan. Op 29 april 2006 ging de zomertijd weer in en op 30 september loopt ze weer af.[6]

Honduras

Honduras kende in de jaren '80 twee keer zomertijd. Op 2 mei 1987 en 30 april 1988 werd om 23:59:59 een uur overgeslagen. Op resp. 26 en 24 september van hetzelfde jaar werd het uur weer teruggezet. Daarna was de zomertijd in onbruik tot 2006. Op 7 mei van dat jaar werd ze weer ingesteld.[7]

India

India heeft korte tijd de zomertijd gekend tijdens de Indo-Pakistaanse Oorlog. Verder heeft het land het systeem nooit gebruikt.

Iran

Iran kende de zomertijd voor 1970. Tot 1976 werd het niet ingesteld. Ook van 1981 tot 1990 werd het niet ingesteld. Sindsdien kent het land een zomertijd die begint op 20/21 maart om middernacht en eindigt op 21 september. Na 2005 werd er weer mee gestopt.[8]

Israël

Israëls zomertijd begint telkens op de laatste vrijdag voor 2 april van 02 naar 03u en eindigt op de zondag tussen Rosh Hashanah en Jom Kippoer van 02 naar 01u. De voorgaande jaren was het schema variabel met als enige richtlijn dat de periode minstens 150 dagen moest duren. In het verleden werd al eens een aantal jaren overgeslagen.

In de Palestijnse Gebieden begint de zomertijd later, wat wel eens tot verwarring leidt. Zo transporteerden terroristen ooit een bom waarvan ze dachten dat die om 17:30 Israëlische standaardtijd zou afgaan. De bom was echter ingesteld op Palestijnse zomertijd en ging af tijdens het transport, waardoor de terroristen omkwamen.

Japan

In Japan kende men van 1948 tot 1951 even zomertijd, die liep van mei tot september, maar sindsdien werd het niet meer ingesteld.

Jordanië

Jordanië heeft al lang zomertijd. Er werd wel eens een of meerdere jaren overgeslagen, de laatste keer van 1979 tot 1984, maar daarna wel permanent. De zomertijd begint er eind maart om middernacht en eindigt meestal eind september. Voor 2006 is dat telkens de 29ste van de maand.[9]

Kirgizië

Kirgizië kende sinds 1981 tot en met 2005 onafgebroken de zomertijd. In 2005 werd na stemming besloten ermee te stoppen en de tijd permanent op zomertijd te houden, om energie te blijven besparen.[10]

Mexico

In Mexico werd de zomertijd in 1996 op nationaal niveau ingevoerd vanwege de belangrijker wordende economische relatie met de Verenigde Staten. Enkel de staat Sonora kent sinds 1998 geen zomertijd meer omdat ze grenst aan de Amerikaanse staat Arizona die ook geen zomertijd heeft. De VS hebben de begin- en eindmomenten voor vanaf 2007 gewijzigd maar Mexico is niet van plan hierin mee te gaan. De zomertijd is zeer omstreden in Mexico: veel (voornamelijk inheemse) inwoners van Zuid-Mexico weigeren deze toe te passen.[11]

Namibië

Namibië is het enige land in Zuidelijk-Afrika en één van de slechts drie landen op het continent die de zomertijd gebruiken. In Namibië gebeurde dit ononderbroken sinds 1994. De zomertijd begint er steeds op de eerste zondag van september om op de eerste zondag van april weer te eindigen. Het land gaat daarbij resp. van 2 naar 3u en van 2 naar 1u.[12]

Nieuw-Zeeland

Elk jaar, op de eerste zondag van oktober, wordt om 2 uur 's nachts de tijd één uur vooruit gezet in Nieuw-Zeeland. Op de derde zondag van maart om 3 uur 's nachts loopt de zomertijd er weer af. Het land kende de zomertijd reeds sinds 1929 en de huidige situatie werd geregeld in 1974. Sommige bases op Antarctica, die vanuit Nieuw-Zeeland worden bevoorraad, volgen deze regeling mee, hoewel het er in de zomer permanent licht is en in de winter permanent donker. De zomertijd start in 2007 op 30 september, en duurt tot 6 april 2008.

Pakistan

Pakistan heeft de zomertijd in 2002 een keer uitgeprobeerd. De DST begon toen op 7 april om 00:00:59 en liep tot 6 oktober om 00:00:59. Sindsdien werd het systeem niet meer gebruikt.

Peru

Peru kent momenteel (2006) geen zomertijd maar heeft het in de jaren '80 en '90 wel enkele keren toegepast. Op 31 december 1985, 1986, 1989 en 1993 om 23:59:59 werd de klok telkens één uur vooruitgedraaid, om op 31 maart van het volgende jaar op hetzelfde uur weer te worden teruggedraaid.[13]

Rusland en de voormalige USSR

Op 1 april 1981 werd in de USSR de (Moskouse) zomertijd ingevoerd. Toen de Sovjet-Unie uiteenviel, bleef men in Rusland de zomertijd gebruiken. De data van de uurwijzigingen zijn dezelfde als die in andere landen in Europa, maar de verandering gebeurt om 2:00 uur in plaats van om 3:00 uur.

Syrië

Syrië kent al lang de zomertijd. De begin- en einddata ervan werden wel eens gewijzigd en er werd al eens een jaar overgeslagen; Zo van 1979 tot 1982 en in 1985. In 2006 begon de zomertijd op 31 maart om middernacht en zal ze duren tot 20 september (De voorgaande jaren was dat 30 september).[14]

Taiwan

Taiwan kende zomertijd van 1945 tot 1961 en van 1974 tot 1975. Die twee keren in de jaren '70 begon de zomertijd op 31 maart om 23:59:59 en stopte het op 30 september. Op 29 juni 1980 begon Taiwans laatste zomertijd die duurde tot 29 september.[15]

Tunesië

Tunesië heeft in de voorbije decennia enkele keren zomertijd toegepast, waarbij die inging in de periode maart-mei en weer afliep eind september. Zo kende het land van 1977 tot 1978 en van 1988 tot 1990 de zomertijd. In 2005 werd het systeem wederom ingevoerd met ingang op 30 april om middernacht tot 30 september. Sinds 2006 wordt het Europese systeem gevolgd (zie hierboven). Tunesië voerde de zomertijd in om energie te besparen.[16]

Verenigde Staten

Vóór 2007 ging in de Verenigde Staten de zomertijd in op de eerste zondag in april en eindigde hij op de laatste zondag in oktober. In 2007 is deze regeling gewijzigd. De zomertijd gaat vanaf dat jaar in op de tweede zondag in maart en eindigt op de eerste zondag in november. In de VS duurt de zomertijdperiode vanaf 2007 dus (ongeveer) één maand langer dan in de EU. De staten Hawaï en Arizona doen echter niet mee aan de zomertijd. Hawaï heeft gezien haar tropische ligging geen grote verschillen in uren daglicht en Arizona heeft zulke hoge temperaturen dat meer airconditioning energiebesparingen teniet zou doen. Uitzondering op de regel zijn de indianenreservaten in Arizona die wél zomertijd kennen. In Alaska gaan stemmen op om de zomertijd af te schaffen. Door de noordelijke ligging heeft de staat in de zomer bijna permanent daglicht en is zomertijd overbodig. In Colorado wilden velen de zomertijd afgeschaft zien, maar dat voorstel werd in 2000 niet aanvaard. Ook in Nevada werd in 2005 een dergelijk voorstel afgevoerd. Indiana had de voorbije decennia geen zomertijd maar voerde het in april 2006 in. Tenslotte hebben de volgende overzeese gebieden van de VS geen zomertijd: Amerikaans-Samoa, Guam, Puerto Rico en de Amerikaanse Maagdeneilanden.

Zuid-Korea

In Zuid-Korea werd de zomertijd aangenomen van 1948 tot 1951, van 1955 tot 1960 en van 1987 tot 1988. Die laatste twee jaren begon de DST resp. op 9 en 7 mei om 23:59:59 en duurde het tot respectievelijk 10 en 8 oktober. Na 1988 heeft het land geen zomertijd meer gekend.[17]

Zie ook

Referenties

Externe links