Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen

Internationaal recht

Het Verdrag inzake de uitbanning van alle vormen van discriminatie van vrouwen, vaak kortweg Vrouwenverdrag genoemd, is gebaseerd op de Universele Verklaring van de Rechten van de Mens. Het werd aangenomen door de Algemene Vergadering van de Verenigde Naties op 18 december 1979 en werd van kracht op 3 september 1981, na ratificatie door 20 lidstaten.

Een 180-tal landen ondertekenden intussen het verdrag; de Verenigde Staten zijn eigenlijk het enige belangrijke land dat het verdrag (nog) niet ratificeerde. België en Nederland ondertekenden het op 17 juli 1980 en ratificeerden respectievelijk op 10 juli 1985 en 23 juli 1991. Suriname trad toe tot het verdrag op 1 maart 1993. Veel landen, waaronder ook Nederland, formuleerden een voorbehoud of een interpreterende verklaring bij welbepaalde artikelen (zie hier in het Engels). Enkele islamitische landen maakten een algemeen voorbehoud voor punten waar het verdrag strijdig is met de sharia. Op hun beurt formuleerden sommige landen dan weer bezwaren tegen het voorbehoud van andere landen, Nederland wel tegen meer dan twintig landen.

Het verdrag

Onder 'discriminatie van vrouwen' wordt verstaan "elke vorm van onderscheid, uitsluiting of beperking op grond van geslacht, die tot gevolg of tot doel heeft de erkenning, het genot of de uitoefening door vrouwen van de rechten van de mens en de fundamentele vrijheden op politiek, economisch, sociaal of cultureel gebied, op het terrein van de burgerrechten of welk ander gebied dan ook, ongeacht hun echtelijke staat, op de grondslag van gelijkheid van mannen en vrouwen aan te tasten of teniet te doen".

Verder vermelden zowat alle artikelen dat de ondertekenende staten "passende maatregelen" zullen nemen op elk van de aangehaalde thema's.

Nederland stelt vrouwen nog steeds niet gelijk

Artikel 9 van dit Verdrag verbiedt het maken van onderscheid met betrekking tot de nationaliteit. Het artikel bepaalt dat vrouwen gelijke rechten hebben als mannen met betrekking tot nationaliteitsrechtelijke kwesties. Deze regeling werkt ook door op de kinderen. In het VN Vrouwenverdrag is dus bepaald dat niet alleen mannen maar ook vrouwen hun nationaliteit kunnen doorgeven aan hun kinderen.

De wetgever in Nederland is op het gebied van het Nederlandse nationaliteitsrecht er nog niet in geslaagd om de man gelijk te stellen aan de vrouw, het was namelijk voor de inwerkingtreding van de Rijkswet op het Nederlanderschap (RWN1985) niet mogelijk kinderen mee te laten delen in de herkrijging van het Nederlanderschap van deze moeders.

Het uitgangspunt hierbij zijn oorspronkelijke Nederlandse moeders, zij hadden echter op het tijdstip van de geboorte van hun kind niet de Nederlandse nationaliteit, maar deze groep Oud-Nederlandse vrouwen konden na hun scheiding voor 1985, vrij eenvoudig het Nederlanderschap opnieuw verkrijgen, alleen deelden kinderen die voor 1985 geboren waren hier niet in mee. Deze groep kinderen worden dus door de wetgever nog steeds buitengesloten en hebben niet dezelfde rechten die de moeder ten tijde van leven van het kind had.

Externe links