U3 (Berlijn): verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Lijnkleuren en nummering: foute samentrekking opgelost; plus korte vermelding geplande U3/U10
Alankomaat (overleg | bijdragen)
k typo's
Regel 12: Regel 12:
In de zomer van 1907 stelde het metrobedrijf, de ''[[Hochbahngesellschaft]]'', de toen nog zelfstandige stad [[Wilmersdorf]] voor een metrolijn over haar grondgebied aan te leggen. Het ging om een aftakking van het stamtracé (tegenwoordig [[U1 (Berlijn)|U1]]/[[U2 (Berlijn)|U2]]) tot de [[Nürnberger Platz (metrostation)|Nürnberger Platz]] en, als Wilmersdorf daarvoor zelf de kosten op zich zou nemen, van daar verder naar de [[Breitenbachplatz (metrostation)|Breitenbachplatz]]. De slecht ontsloten gemeente Wilmersdorf nam het aanbod gretig aan. Ook het ten zuiden van Wilmersdorf gelegen en nog onbebouwde koninklijke [[Domäne Dahlem|Domein van Dahlem]] toonde zich zeer geïnteresseerd in een aansluiting op het net. Dahlem wilde de lijn vanaf de Breitenbachplatz doortrekken tot aan de [[Thielplatz (metrostation)|Thielplatz]].
In de zomer van 1907 stelde het metrobedrijf, de ''[[Hochbahngesellschaft]]'', de toen nog zelfstandige stad [[Wilmersdorf]] voor een metrolijn over haar grondgebied aan te leggen. Het ging om een aftakking van het stamtracé (tegenwoordig [[U1 (Berlijn)|U1]]/[[U2 (Berlijn)|U2]]) tot de [[Nürnberger Platz (metrostation)|Nürnberger Platz]] en, als Wilmersdorf daarvoor zelf de kosten op zich zou nemen, van daar verder naar de [[Breitenbachplatz (metrostation)|Breitenbachplatz]]. De slecht ontsloten gemeente Wilmersdorf nam het aanbod gretig aan. Ook het ten zuiden van Wilmersdorf gelegen en nog onbebouwde koninklijke [[Domäne Dahlem|Domein van Dahlem]] toonde zich zeer geïnteresseerd in een aansluiting op het net. Dahlem wilde de lijn vanaf de Breitenbachplatz doortrekken tot aan de [[Thielplatz (metrostation)|Thielplatz]].


Er diende zich echter een probleem aan. Het geplande tracé zou gedeeltelijk lopen over het grondgebied van [[Charlottenburg]], dat Wilmerdorf als een grote concurrent zag wat betreft het aantrekken van kapitaalkrachtige bewoners. Een metrolijn naar Wilmersdorf zou de vestiging van rijken wel eens een impuls kunnen geven. Na lange onderhandelingen kwam men in de zomer van 1910 tot een oplossing: naast de reeds beschreven lijn zou ook Charlottenburg een eigen aftakking van het stamtracé krijgen, via de [[Kurfürstendamm]] tot het eindpunt [[Uhlandstraße (metrostation)|Uhlandstraße]]. De bouwwerkzaamheden begonnen meteen.
Er diende zich echter een probleem aan. Het geplande tracé zou gedeeltelijk lopen over het grondgebied van [[Charlottenburg]], dat Wilmersdorf als een grote concurrent zag wat betreft het aantrekken van kapitaalkrachtige bewoners. Een metrolijn naar Wilmersdorf zou de vestiging van rijken wel eens een impuls kunnen geven. Na lange onderhandelingen kwam men in de zomer van 1910 tot een oplossing: naast de reeds beschreven lijn zou ook Charlottenburg een eigen aftakking van het stamtracé krijgen, via de [[Kurfürstendamm]] tot het eindpunt [[Uhlandstraße (metrostation)|Uhlandstraße]]. De bouwwerkzaamheden begonnen meteen.


Voor de nieuwe aftakking werd een tunnel gegraven van de [[Wittenbergplatz (metrostation)|Wittenbergplatz]] naar het zuidwesten via de Nürnberger Straße, de Hohenzollerndamm, de Barstraße, de Aßmannshauser Straße en de Schorlemerallee, vervolgens ligt het spoor in een afgraving. Er werden negen nieuwe stations gebouwd:
Voor de nieuwe aftakking werd een tunnel gegraven van de [[Wittenbergplatz (metrostation)|Wittenbergplatz]] naar het zuidwesten via de Nürnberger Straße, de Hohenzollerndamm, de Barstraße, de Aßmannshauser Straße en de Schorlemerallee, vervolgens ligt het spoor in een afgraving. Er werden negen nieuwe stations gebouwd:
Regel 26: Regel 26:
Daarnaast werd het tot dan toe twee sporen tellende station Wittenbergplatz volledig gereconstrueerd naar een ontwerp van [[Alfred Grenander]], de huisarchitect van de Hochbahngesellschaft. Het metrostation kreeg vijf sporen langs drie perrons en er verrees een nieuwe stationshal.
Daarnaast werd het tot dan toe twee sporen tellende station Wittenbergplatz volledig gereconstrueerd naar een ontwerp van [[Alfred Grenander]], de huisarchitect van de Hochbahngesellschaft. Het metrostation kreeg vijf sporen langs drie perrons en er verrees een nieuwe stationshal.


De rijke gemeente Wilmersdorf spaarde kosten noch moeite en liet de stations op haar grondgebied luxueus uitvoeren. De vanwege de kruising van de [[Ringbahn|S-Bahnring]] diepe ligging van station Heidelberger Platz bood de mogelijkheid de perronhal met gewelfen de aanblik van een kathedraal te geven. De bovengrondse perrons van de stations voorbij de Breitenbachplatz boden weinig mogelijkheden tot opsmuk, waardoor men zich hier vooral op de toegangsgebouwen richtte.
De rijke gemeente Wilmersdorf spaarde kosten noch moeite en liet de stations op haar grondgebied luxueus uitvoeren. De vanwege de kruising van de [[Ringbahn|S-Bahnring]] diepe ligging van station Heidelberger Platz bood de mogelijkheid de perronhal met gewelven de aanblik van een kathedraal te geven. De bovengrondse perrons van de stations voorbij de Breitenbachplatz boden weinig mogelijkheden tot opsmuk, waardoor men zich hier vooral op de toegangsgebouwen richtte.


Op 12 oktober 1913 werd zowel de lijn naar de Thielplatz als de Charlottenburgse aftakking naar de Uhlandstraße voor het publiek geopend. Deze twee trajecten, gezamenlijk zo'n tien kilometer lang, waren de laatste die voor de [[Eerste Wereldoorlog]] gebouwd werden.
Op 12 oktober 1913 werd zowel de lijn naar de Thielplatz als de Charlottenburgse aftakking naar de Uhlandstraße voor het publiek geopend. Deze twee trajecten, gezamenlijk zo'n tien kilometer lang, waren de laatste die voor de [[Eerste Wereldoorlog]] gebouwd werden.
Regel 33: Regel 33:
Een zuidelijke verlenging van de ''Wilmersdorfer-Dahlemer-Bahn'' lag in de eerste jaren na de opening niet voor de hand. Er werd veel verlies op de lijn geleden en tussen Breitenbachplatz en Thielplatz waren er zo weinig reizigers dat tussen beide stations éénrijtuigtreinen werden ingezet. Bij de vorming van [[Groot-Berlijn]] in 1920 werden Wilmersdorf en Dahlem bij de hoofdstad gevoegd, maar het stadsbestuur zag er geen brood in de metrolijn, nog in handen van het Domein van Dahlem en het Ministerie van Financiën, over te nemen. In 1926 verandere de situatie echter en wilde de landsregering de lijn kostenloos en schuldenvrij aan Berlijn overdragen. Tegelijkertijd bood [[Adolf Sommerfeld]], die grote stukken nog te bebouwen grond in het zuiden van de stad bezat, aan de kosten voor een verlenging tot [[Krumme Lanke (metrostation)|Krumme Lanke]] op zich te nemen. Berlijn kreeg een metrolijn cadeau.
Een zuidelijke verlenging van de ''Wilmersdorfer-Dahlemer-Bahn'' lag in de eerste jaren na de opening niet voor de hand. Er werd veel verlies op de lijn geleden en tussen Breitenbachplatz en Thielplatz waren er zo weinig reizigers dat tussen beide stations éénrijtuigtreinen werden ingezet. Bij de vorming van [[Groot-Berlijn]] in 1920 werden Wilmersdorf en Dahlem bij de hoofdstad gevoegd, maar het stadsbestuur zag er geen brood in de metrolijn, nog in handen van het Domein van Dahlem en het Ministerie van Financiën, over te nemen. In 1926 verandere de situatie echter en wilde de landsregering de lijn kostenloos en schuldenvrij aan Berlijn overdragen. Tegelijkertijd bood [[Adolf Sommerfeld]], die grote stukken nog te bebouwen grond in het zuiden van de stad bezat, aan de kosten voor een verlenging tot [[Krumme Lanke (metrostation)|Krumme Lanke]] op zich te nemen. Berlijn kreeg een metrolijn cadeau.


Op 22 december 1929 werd het drie kilometer lange nieuwe tracé in gebruik genomen. Het telde drie stations, alle gelegen in een afgraving:
Op 22 december 1929 werd het drie kilometer lange nieuwe tracé in gebruik genomen. Het telde drie stations, alle gelegen in een uitgraving:
* [[Oskar-Helene-Heim (metrostation)|Oskar-Helene-Heim]]
* [[Oskar-Helene-Heim (metrostation)|Oskar-Helene-Heim]]
* [[Onkel Toms Hütte (metrostation)|Onkel Toms Hütte]]
* [[Onkel Toms Hütte (metrostation)|Onkel Toms Hütte]]

Versie van 4 sep 2006 13:12

Dit artikel gaat over de metrolijn Nollendorfplatz - Krumme Lanke; voor de geplande lijn naar Weißensee, zie U10.

Sjabloon:U3

De gewelfde peronhal van station Heidelberger Platz doet denken aan een kathedraal.
Ingang van station Breitenbachplatz
Het toegangsgebouw van station Dahlem-Dorf is, zoals vele op de U3, opgetrokken in landelijke stijl.
Perron van station Oskar-Helene-Heim; het spoor ligt ter plaatse in een afgraving.
Het strakke toegangsgebouw van eindpunt Krumme Lanke

De U3 is een lijn van de metro van Berlijn, die de Nollendorfplatz in het westelijke centrum verbindt met de stadsdelen Dahlem en Zehlendorf. De kleinprofiellijn heeft een lengte van 12,1 kilometer en telt 15 stations; de reistijd van eindpunt tot eindpunt bedraagt 24 minuten. Het eerste deel van de metrolijn opende in 1913; tegenwoordig is de lijn vooral van belang voor studenten van de Freie Universität in Dahlem.

Geschiedenis

Een metro naar Dahlem

In de zomer van 1907 stelde het metrobedrijf, de Hochbahngesellschaft, de toen nog zelfstandige stad Wilmersdorf voor een metrolijn over haar grondgebied aan te leggen. Het ging om een aftakking van het stamtracé (tegenwoordig U1/U2) tot de Nürnberger Platz en, als Wilmersdorf daarvoor zelf de kosten op zich zou nemen, van daar verder naar de Breitenbachplatz. De slecht ontsloten gemeente Wilmersdorf nam het aanbod gretig aan. Ook het ten zuiden van Wilmersdorf gelegen en nog onbebouwde koninklijke Domein van Dahlem toonde zich zeer geïnteresseerd in een aansluiting op het net. Dahlem wilde de lijn vanaf de Breitenbachplatz doortrekken tot aan de Thielplatz.

Er diende zich echter een probleem aan. Het geplande tracé zou gedeeltelijk lopen over het grondgebied van Charlottenburg, dat Wilmersdorf als een grote concurrent zag wat betreft het aantrekken van kapitaalkrachtige bewoners. Een metrolijn naar Wilmersdorf zou de vestiging van rijken wel eens een impuls kunnen geven. Na lange onderhandelingen kwam men in de zomer van 1910 tot een oplossing: naast de reeds beschreven lijn zou ook Charlottenburg een eigen aftakking van het stamtracé krijgen, via de Kurfürstendamm tot het eindpunt Uhlandstraße. De bouwwerkzaamheden begonnen meteen.

Voor de nieuwe aftakking werd een tunnel gegraven van de Wittenbergplatz naar het zuidwesten via de Nürnberger Straße, de Hohenzollerndamm, de Barstraße, de Aßmannshauser Straße en de Schorlemerallee, vervolgens ligt het spoor in een afgraving. Er werden negen nieuwe stations gebouwd:

Daarnaast werd het tot dan toe twee sporen tellende station Wittenbergplatz volledig gereconstrueerd naar een ontwerp van Alfred Grenander, de huisarchitect van de Hochbahngesellschaft. Het metrostation kreeg vijf sporen langs drie perrons en er verrees een nieuwe stationshal.

De rijke gemeente Wilmersdorf spaarde kosten noch moeite en liet de stations op haar grondgebied luxueus uitvoeren. De vanwege de kruising van de S-Bahnring diepe ligging van station Heidelberger Platz bood de mogelijkheid de perronhal met gewelven de aanblik van een kathedraal te geven. De bovengrondse perrons van de stations voorbij de Breitenbachplatz boden weinig mogelijkheden tot opsmuk, waardoor men zich hier vooral op de toegangsgebouwen richtte.

Op 12 oktober 1913 werd zowel de lijn naar de Thielplatz als de Charlottenburgse aftakking naar de Uhlandstraße voor het publiek geopend. Deze twee trajecten, gezamenlijk zo'n tien kilometer lang, waren de laatste die voor de Eerste Wereldoorlog gebouwd werden.

Een metrolijn cadeau

Een zuidelijke verlenging van de Wilmersdorfer-Dahlemer-Bahn lag in de eerste jaren na de opening niet voor de hand. Er werd veel verlies op de lijn geleden en tussen Breitenbachplatz en Thielplatz waren er zo weinig reizigers dat tussen beide stations éénrijtuigtreinen werden ingezet. Bij de vorming van Groot-Berlijn in 1920 werden Wilmersdorf en Dahlem bij de hoofdstad gevoegd, maar het stadsbestuur zag er geen brood in de metrolijn, nog in handen van het Domein van Dahlem en het Ministerie van Financiën, over te nemen. In 1926 verandere de situatie echter en wilde de landsregering de lijn kostenloos en schuldenvrij aan Berlijn overdragen. Tegelijkertijd bood Adolf Sommerfeld, die grote stukken nog te bebouwen grond in het zuiden van de stad bezat, aan de kosten voor een verlenging tot Krumme Lanke op zich te nemen. Berlijn kreeg een metrolijn cadeau.

Op 22 december 1929 werd het drie kilometer lange nieuwe tracé in gebruik genomen. Het telde drie stations, alle gelegen in een uitgraving:

Latere uitbreiding

Toen de nieuwe metrolijn G, de huidige U9, werd aangelegd, was er uiteraard ook een overstapstation nodig op de plek waar deze de lijn naar Dahlem kruiste. Op de kruising van de Spichernstraße en de Bundesallee bestond echter nog geen station om met de nieuwe lijn te verbinden, waardoor er een nieuw metrostation gebouwd moest worden. Op 2 juni 1959 werd station Spichernstraße in gebruik genomen, tegelijk werd het te nabij gelegen station Nürnberger Platz gesloten. Door de sluiting van station Nürnberger Platz was tussen Spichernstraße en Wittenbergplatz echter een voor de binnenstad te grote stationsafstand van ruim 1100 meter ontstaan, wat leidde tot de bouw van station Augsburger Straße. Dit station opende zijn deuren voor het publiek op 8 mei 1961. Teneinde zo weinig mogelijk in de bestaande tunnel in te grijpen werden beide stations uitgerust met zijperrons. Het ontwerp van de stations werd in overeenstemming gebracht met de stijl van Alfred Grenander.

Lijnkleuren en nummering

De lijn naar Krumme Lanke heeft in zijn bestaan een heel palet aan lijnaanduidingen gekend. Aanvankelijk kreeg het traject de letter A toebedeeld; op kaarten verscheen de lijn in het rood. De treinen reden via het historische centrum van Berlijn naar Pankow. Vanaf 1957 gingen er twee lijnen op het traject rijden: de rode AII, nog altijd naar Pankow, en de groene lijn BII naar Warschauer Brücke.

Na de bouw van de Berlijnse Muur werd het kleinprofiel geheel gereorganiseerd. Vanaf 1966 reden de treinen over de Dahlemse lijn onder het nummer 2 via Bülowstraße naar Gleisdreieck, in 1972 werd de dienst ingekort tot Wittenbergplatz. De korte aftakking naar Uhlandstraße kreeg het nummer 3, totdat de lijninrichting in 1993 wederom werd veranderd. De lijn naar Krumme Lanke werd nu groen en werd onder lijnnummer U1 met het tracé naar Warschauer Straße verbonden. Lijn U3 verdween en ook treinen vanaf Uhlandstraße gingen naar Warschauer Straße rijden, onder het nummer U15. In december 2004 volgde de voorlopig laatste trajectwijziging en kreeg de lijn zijn huidige nummer en donkergroene kleur. De geplande metrolijn van Theodor-Heuss-Platz naar Weißensee, tot dan toe als U3 aangeduid, staat sindsdien bekend als U10.

Dienstuitvoering

Traject Treinopvolging
Werkdagen Weekend Avonden
Nollendorfplatz ↔ Krumme Lanke 5 minuten 10 minuten 10-15 minuten

Toekomst

Er bestaan plannen de U3 in het zuiden met één station te verlengen van Krumme Lanke tot aan het S-Bahnstation Mexikoplatz (Wannseebahn). Deze 900 meter lange missende schakel was al kort na de verlenging tot Krumme Lanke voorzien, maar de bouw ervan zal vanwege de zwakke financiën van het bondsland Berlijn nog wel even op zich laten wachten. De BVG heeft voorgesteld het nieuwe eindstation zonder keersporen te bouwen om de kosten te drukken. Oorspronkelijk zou de lijn na Mexikoplatz verder doorgetrokken worden naar het buiten de stadsgrenzen gelegen Kleinmachnow, maar vanwege de geringe bevolkingsdichtheid aldaar is een dergelijke verlenging inmiddels niet rendabel gebleken.

Mediabestanden die bij dit onderwerp horen, zijn te vinden op de pagina U3 (Berlin) op Wikimedia Commons.

Externe link

Sjabloon:Metroberlijn