Ster H

A, B, C, D, E, F, G, Ster H, I, J, K, L, M, N, O, P, Q, R, S, T, U, V, W, X, Y, Z
  • Helderheid, grootte of magnitude van een ster. Zij werd in de oudheid reeds aangegeven met getalen: de helderste sterren kende men de magnitude of grootte 1 toe en de zwakste de magnitude 6. Later heeft men deze helderheidsschaal uitgebreid en verfijnd. Men onderscheidt de schijnbare helderheid van een ster (hierboven bedoeld) en de absolute helderheid, d.i. de helderheid die een ster zou hebben als ze op een afstand van 10 parsec (zie aldaar) stond.
  • Hertzsprung-Russel-diagram, een grafische voorstelling waarin de absolute helderheid van de sterren en de spectraalklassen tegen elkaar uitgezet worden.
  • Hondsster, zie Sirius
  • Hyaden, open sterrenhoop in het sterrenbeeld Stier.