Sjabloon:Uitgelicht 7 oktober

Afbeelding

De Duitse Democratische Republiek was een communistische staat in Europa. Op 7 oktober 1949 nam het door communisten gedomineerde Deutscher Volkskongress in Oost-Berlijn de grondwet van de nieuwe staat aan. De Sozialistische Einheitspartei Deutschlands (SED) zou hierdoor ruim 40 jaar de eigenlijke machthebbende zijn in de DDR.

De DDR sloot spoedig de grenzen naar het Westen, richtte een nieuw leger op en stelde een centraal geleide economie in. Dit leidde tot protesten van mensen uit alle lagen van de bevolking tegen het communistische regime. Alleen Russische troepen konden het regime van de volksopstand van 17 juni 1953 redden. Bertolt Brecht gaf de SED de raad een ander volk te kiezen. De bevolking reageerde door een stemming met de voeten: via de toen nog open grenzen verlieten tussen 1949 en 1961 zo'n 2,6 miljoen mensen de DDR en Oost-Berlijn, meer dan 10% van de bevolking. Op 13 augustus 1961 reageerde de DDR door de bouw van de Berlijnse Muur, die deze massale vlucht tot stilstand bracht.

Op 18 maart 1990 kozen de bewoners voor het eerst in de geschiedenis een parlement volgens democratische regels, de communisten kregen slechts 16% van de stemmen. De DDR werd nooit officieel opgeheven, maar de toetreding van de nieuw gevormde Oost-Duitse deelstaten tot de Bondsrepubliek op 3 oktober 1990 kwam op hetzelfde neer. (Lees verder)

Sjabloondocumentatie​