Resolutie 248 Veiligheidsraad Verenigde Naties
Resolutie 248 | ||
---|---|---|
Van de | Veiligheidsraad van de Verenigde Naties | |
Datum | 24 maart 1968 | |
Nr. vergadering | 1407 | |
Code | S/RES/248 | |
Stemming | voor 11 onth. 0 tegen
0 | |
Onderwerp | Zesdaagse Oorlog, aanval Israël op Jordanië | |
Beslissing | Oproep tot naleving staakt-het-vuren | |
Samenstelling VN-Veiligheidsraad in 1968 | ||
Permanente leden | ||
Niet-permanente leden | ||
Resolutie 248 van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties was een resolutie die door de leden van de VN-Veiligheidsraad werd aangenomen in 1968. Dat gebeurde op de 1407ste vergadering van de Raad op 24 maart.
Achtergrond
Sinds het uitroepen van de staat Israël in 1948 had geen enkel Arabisch land Israël erkend en velen verwachtten niet dat Israël nog erg lang zou blijven bestaan. Na de oorlog van 1956 ontstond opnieuw een fragiel evenwicht. Spanningen liepen in 1967 hoog op. Op 1 juni verklaarde de Egyptische president Nasser: "De legers van Egypte, Jordanië, Syrië en Libanon staan klaar aan de grenzen van Israël... om de uitdaging aan te gaan...". Israël lanceerde een preventieve aanval, wat zou leiden tot de Zesdaagse Oorlog. De VN grijpt onmiddellijk in, wat na zes dagen leidt tot een staakt-het-vuren.
Inhoud
De Veiligheidsraad:
- Heeft de verklaringen van de vertegenwoordigers van Jordanië en Israël gehoord;
- Neemt in consideratie de documenten voorgelegd door de permanente vertegenwoordigers van Israël en Jordanië, S/8470, S/8475, S/8478, S/8483, S/8484 en S/8486;
- Neemt verder in consideratie de documenten voorgelegd door de chef staf UNSTO, zoals in de documenten S/7930/Add.64 en Add.65;
- Herinnert aan resolutie 236 (1967) waarin de Veiligheidsraad iedere vorm van inbreuk op het staakt-het-vuren veroordeelde;
- Merkt op dat de militaire actie van Israël op het grondgebied van Jordanië een geplande grootscheepse militaire actie was;
- Merkt op dat militaire acties gezien het bestand, niet toegestaan zijn en dat vorige zulke acties mee zijn gewogen;
- Herinnert aan resolutie 237 (1967) waarin de regering van Israël werd opgeroepen de veiligheid, welzijn en beveiliging te garanderen voor de bewoners van gebieden waarin militaire operaties hebben plaatsgevonden;
1. Betreurt de dodelijke slachtoffers en de zware schade aan eigendommen;
2. Veroordeelt de militaire actie van Israël welke een grove schending is van het VN-grondvest en de staakt-het-vuren resoluties;
3. Betreurt alle geweld in strijd is met het staakt-het-vuren en verklaart dat dergelijke militaire acties en andere grove schendingen van het staakt-het-vuren niet kunnen worden getolereerd en dat de Veiligheidsraad zich zou moeten beraden op verdere en meer effectieve stappen zoals voorzien in het VN-handvest om herhalingen van dergelijke acties te voorkomen;
4. Roept Israël op geen acties te ondernemen die in strijd zijn met resolutie 237;
5. Verzoekt de Secretaris-Generaal de situatie in de gaten te houden en rapport aan de Veiligheidsraad uit te brengen als noodzakelijk;