Nederlands-Indië: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
Versie 66305417 van Jack sijl1.nl (overleg) ongedaan gemaakt.
Labels: Ongedaan maken Link naar doorverwijspagina
Tekst vervangen door " hoi ennio"
Labels: Vervangen Ongedaan gemaakt Visuele tekstverwerker Misbruikfilter: Experimenteren
Regel 1: Regel 1:
{{Infobox historisch land
| Naam in Landstaal = Nederlands-Indië
| Status = [[Kolonie (staatkundig)|Kolonie]] van het [[Koninkrijk der Nederlanden]]
| Voor3 =
| Vlag_Voor3 =
| Voor4 =
| Vlag_Voor4 =
| Voor5 =
| Vlag_Voor5 =
| Voor6 =
| Vlag_Voor6 =
| Na1 = Straits Settlements
| Vlag_Na1 = Flag of the British Straits Settlements (1904–1925).svg
| Na2 = Japanse bezetting van Nederlands-Indië
| Vlag_Na2 = Merchant flag of Japan (1870).svg
| Na3 = Verenigde Staten van Indonesië
| Vlag_Na3 = Flag of Indonesia.svg
| Na4 = Nederlands-Nieuw-Guinea
| Vlag_Na4 = Flag of West Papua.svg
| Jaar van ontstaan = 19 augustus 1816
| Jaar van afloop = <br />17 augustus 1945 /<br />27 december 1949
| Vlag = [[Bestand:Flag of the Netherlands.svg|125px]]<br /><small>[[Vlag van Nederland|Vlag]]</small>
| Vlagartikel =
| Wapen =
| Wapenartikel =
| Leus =
| Kaart = Nederlandsindie.PNG
| Kaartjaar =
| Hoofdstad = [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]]
| Oppervlakte = 1.919.440 km²
| Bevolking = 60,7 miljoen <small>(1930)</small>
| Munteenheid = [[Nederlands-Indische gulden]]
| Nationale feestdag = <small>vanaf 1898</small> [[Koninginnedag|31 augustus]]
| Volkslied = [[Wien Neêrlands bloed]]<br /><small>vanaf 1932</small> [[Wilhelmus]]
| Talen = [[Nederlands]]<br>[[Maleis]] ([[Lijst van talen in Indonesië|e.a.]])
| Religie = [[Islam]], [[christendom]], [[hindoeïsme]] e.a.
| Regeringsvorm =
| Staatshoofd = [[Koning (titel)|Koning]] van [[Nederland]]
| Plv. Staatshoofd = [[Gouverneur-Generaal van Nederlands-Indië|Gouverneur-generaal]]
| Dynastie = [[Oranje-Nassau]]
}}
{{Zijbalk geschiedenis Indonesië}}
[[Bestand:Hoe leidt ons koloniaal verleden tot hedendaags verzet IN OPSTAND.webm|thumb|Historicus Caroline Drieënhuizen over de verschillende perspectieven om naar het Nederlands koloniaal verleden te kijken - [[Universiteit van Nederland]]]]
'''Nederlands-Indië''' ([[Maleis]]: ''Hindia-Belanda'', oude spelling: ''Nederlandsch-Indië'') was vanaf 1816 de officieel gebruikte benaming voor de [[Kolonie (staatkundig)|kolonie]] van [[Nederland]] die uiteindelijk het huidige [[Indonesië]] omvatte. Gebaseerd op het [[Verdrag van Londen (1824)]], de Nederlanders hebben [[Nederlands Malakka]] afgestaan aan Groot-Brittannië, dat vóór een gouvernement van Nederlands-Indië lag. Dit heeft de moderne heerschappij in de staat [[Malakka (staat)|Malakka]] in [[Maleisië]] geconsolideerd. De kolonie ontstond uit veroveringen van gebieden en [[Specerijenhandel|handelsroutes]] vanaf de 16e eeuw door de [[Vereenigde Oostindische Compagnie]] (VOC).<ref name=":0">{{Citeer web |url=https://npokennis.nl/longread/7894/hoe-regeerde-nederland-over-nederlands-indie |titel=Hoe regeerde Nederland over Nederlands-Indië? |bezochtdatum=2021-01-31 |werk=NPO Kennis |taal=nl |archiefurl=https://web.archive.org/web/20210124052556/https://npokennis.nl/longread/7894/hoe-regeerde-nederland-over-nederlands-indie |archiefdatum=2021-01-24 |dodeurl=nee}}</ref> Nadat de VOC was overgenomen door de Nederlandse staat, werden in de 19e en 20e eeuw grote gebieden veroverd door middel van vele bloedige oorlogen en strafexpedities door het Nederlandse koloniale leger, het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|KNIL]].

Om de oorlogen te bekostigen werd de lokale bevolking verplicht om voor de Nederlandse staat commerciële exportproducten - zoals koffie en suiker - te produceren, wat lokaal leidde tot hongersnoden. Dit zogenoemde [[cultuurstelsel]] was rond 1850 goed voor een derde van de Nederlandse staatsinkomsten.<ref name=":1">{{Citeer boek |titel=Revolusi |auteur=David Van Reybrouck |url=https://books.google.nl/books/about/Revolusi.html?id=1aYCEAAAQBAJ&redir_esc=y |taal=nl |uitgever=Bezige Bij |ISBN=9789403184401 |archiefurl=https://web.archive.org/web/20210627202227/https://books.google.nl/books/about/Revolusi.html?id=1aYCEAAAQBAJ&redir_esc=y |archiefdatum=2021-06-27 |dodeurl=nee}}</ref>
Het uiteindelijk veroverde gebied omvatte [[Indonesië|honderden volkeren met eigen taal, cultuur en etniciteit]]. Pas begin 20e eeuw had Nederland het gehele gebied onder controle en kwam de immigratie van Nederlanders om in de kolonie te werken goed op gang. De kortstondige maatschappij die daaruit ontstond kenmerkte zich door scherpe [[Rassensegregatie|raciale tegenstellingen]] met een Europese bovenlaag van mannen, en hun, vaak inheemse, vrouwen en [[Indische Nederlanders]]. Daaronder een kleine lokale middenlaag waaronder ook een [[Chinees-Indische minderheid]], en daaronder de overgrote meerderheid van boeren en arbeiders van een aan [[Geschiedenis van de Nederlandse slavernij|slavernij]] en [[Lijfeigenschap|lijfeigene]] grenzende [[Onderklasse (maatschappij)|onderklasse]].<ref name="breman">{{aut|Breman, Jan}}. [https://open.overheid.nl/documenten/470dc859-6cb7-4df5-b448-13985dec31bb/file ''Staat en Slavernij: Koloniale onvrije arbeid in negentiende eeuws Nederlands-Indië ''] blz. 173</ref> In de grotere steden en op Java groeide het bewustzijn van een eigen nationale identiteit van Indonesiërs, en daarmee de roep om zelfbestuur.<ref name=":1" />

Tijdens de [[Japanse bezetting van Nederlands-Indië|Japanse bezetting in de Tweede Wereldoorlog]] werden alle [[Jappenkampen in Nederlands-Indië|Nederlanders geïnterneerd]] en werd de hele maatschappij ontdaan van alle Nederlandse kenmerken. Het Indonesische nationalisme [[Onderzoekscomité ter voorbereiding op de Indonesische onafhankelijkheid|werd door de Japanners gestimuleerd]] en direct na de capitulatie van Japan riepen de nationalistische leiders [[Soekarno]] en [[Mohammed Hatta|Hatta]] op 17 augustus 1945 de Indonesische Republiek uit.

Nederland bouwde vervolgens tot midden 1947 een troepenmacht op van bijna tweehonderdduizend man. De [[Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog]] kenmerkte zich door het extreme geweld van Nederlandse zijde en kostte honderdduizenden burgers, tienduizenden republikeinse en een paar duizend Nederlandse militairen het leven. Met name tijdens het begin van de [[Indonesische revolutie]] waren Indische Nederlanders en andere Nederlandse burgers. alsook Indisch-Chinezen, slachtoffer van geweldsuitbarstingen.<ref name=":1" />

Ondanks een militaire overwinning, werd Nederland [[Marshallplan#Voorwaarden|gedwongen]] door de [[Verenigde Naties]] en de [[Verenigde Staten]] om op 27 december 1949 de [[Nederlands-Indonesische rondetafelconferentie van 1949|onafhankelijkheid van Indonesië]] te erkennen.<ref name=":2">{{Citeer web |url=https://www.parlement.com/id/vhm0l02igvut/soevereiniteitsoverdracht_aan_indonesie |titel=Soevereiniteitsoverdracht aan Indonesië in 1949 |bezochtdatum=2021-01-31 |werk=www.parlement.com |taal=nl |archiefurl=https://web.archive.org/web/20210424100423/https://www.parlement.com/id/vhm0l02igvut/soevereiniteitsoverdracht_aan_indonesie |archiefdatum=2021-04-24 |dodeurl=nee}}</ref> Hiermee was Indonesië het eerste Aziatische land dat zich [[Dekolonisatie (staatkundig)|vrij had gemaakt uit kolonisatie]], en kwam aan de Nederlandse aanwezigheid In bijna geheel Indonesië een einde. Hierop volgde de [[repatriëring van Indische Nederlanders]], en de ontbinding van het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|koloniale leger]], waaruit de [[Indische Nederlanders|Nederlands-Indische]] en [[Geschiedenis van de Molukkers in Nederland|Molukse gemeenschap in Nederland]] is ontstaan. In 1962 werd met [[Nederlands-Nieuw-Guinea|Nieuw-Guinea]] ook het laatste deel van de voormalige kolonie aan Indonesië overgedragen.

== Etymologie ==
De naam ''Nederlands-Indië'' kwam bij de VOC al in de jaren 1620-1622 voor, toen nog als ''Nederlandsch-India''. De naam ''Nederlandsch-Indië'' werd echter pas officieel op 19 augustus 1816.<ref name="begin" /> De kolonie werd ook wel aangeduid als ''Nederlands Oost-Indië'' en informeel als ''de Oost'', om verwarring te voorkomen met de koloniën in [[Nederlands West-Indië]]. Andere namen voor de kolonie zijn ''Achter-Indië,<ref>Onderscheid werd gemaakt in ''Voor-Indië'' (India, Bangladesh, Pakistan en [[Nederlands Voor-Indië]]) en ''Achter-Indië'' (het vasteland van Zuidoost-Azië en de Indonesische en Filipijnse archipel)</ref>'' de ''Gordel van Smaragd'' en ''Insulinde''. De verschillende termen om de kolonie aan te duiden worden vaak door elkaar gebruikt.

== De geschiedenis van Nederlands-Indië in perspectief ==
Het ontstaan en de hele geschiedenis van de kolonie is verbonden met veel belangrijke ontwikkelingen in de wereldgeschiedenis. De eerste contacten waren een uitvloeisel van de [[Tijdperk van de grote ontdekkingen|Europese ontdekkingsreizen]] in de 16e eeuw. Deze leidden tot de overname en monopolisering van de [[Specerijenhandel|Aziatisch-Europese handel]] door Europese handelsmaatschappijen. Voortdurende verhoging van de controle van deze handelsmaatschappijen leidde vervolgens tot het [[kolonialisme]] en [[imperialisme]] van Europese mogendheden in de 18e en 19e eeuw. In de koloniën ontstonden [[Nationalisme|nationalistische]] en [[Onafhankelijkheid (staatkunde)|onafhankelijkheidsbewegingen]] in de 20e eeuw. Door de uitschakeling van de Europese hegemonie door [[Azië in de Tweede Wereldoorlog|Japan tijdens de Tweede Wereldoorlog]] kregen deze bewegingen een sterke impuls. Door angst voor [[Communisme|communistische revoluties]], greep vervolgens de [[Verenigde Staten]] in om zowel onafhankelijkheid te steunen, of te onderdrukken. In dat laatste geval steunde de [[Sovjet-Unie]] tijdens de [[Koude Oorlog|Koude oorlog]] de onafhankelijkheidsstrijd.

== Ontstaan van de kolonie ==
===Voor de Nederlanders===
De [[Indische Archipel]] maakte al sinds de oudheid onderdeel uit van Aziatische handelsroutes en de Aziatisch-Europese [[specerijenhandel]]. Vanuit verschillende eilanden werd handel gedreven tot aan Afrika aan toe. Er was veel uitwisseling van handel en kennis en migratie met het gehele gebied van [[Zuidoost-Azië]], van [[China]] tot aan het huidige [[Somalië]]. Migratie vanuit India, vanaf de 2e eeuw voor onze jaartelling tot de 12e eeuw leidde tot het ontstaan van verschillende [[Hindoeïsme|hindoeïstische]] koninkrijken. Vanaf de 13e eeuw verspreidde de [[islam]] zich vanuit [[Sumatra]] waardoor vele vorsten zich tot het islamitisch geloof bekeerden. Op de vele eilanden heersten [[Vorstendom|vorstendommen]], [[Stadstaat|stadstaten]] en [[Sultanaat|sultanaten]], die zich met onderlinge en overzeese handel en binnenlandse landbouw bezig hielden. Het gehele gebied kenmerkt zich door vele [[Geschiedenis van Indonesië|variaties in cultuur en taal]], maar door de langdurige onderlinge contacten werd het [[Maleis]] de [[lingua franca]]. Uiteindelijk vestigde de islam zich op de vele eilanden, gemengd met hindoeïstische en [[Boeddhisme|boeddhistische]] elementen. Op het eiland [[Bali (eiland)|Bali]] bleef het hindoeïsme dominant onder de vele [[Koninkrijk Bali|koninkrijken]] die op het eiland heersten. Belangrijke staten ontstonden in de 16e eeuw, zoals het [[Sultanaat Bantam|sultanaat Banten]], op [[Java (eiland)|Java]] en [[Sumatra]], [[sultanaat Mataram]] en stadstaat [[Surabaya (stad)|Surabaya]] op Java en [[sultanaat Atjeh]] op Sumatra en [[Brunei|sultanaat Brunei]] op [[Borneo]]. Op andere eilanden, zoals Celebes of [[Sulawesi]], en de [[Molukken]] heersten vele lokale islamitische vorstendommen die via handel sterk met elkaar verbonden waren. De contacten met [[Europa (werelddeel)|Europa]] verliepen via vele tussenstations, over de [[Specerijenhandel|handelsroutes]] over zee via India naar Egypte en vanaf daar vooral via [[Republiek Venetië|Venetië]] naar de rest van Europa. De [[Portugese ontdekkingsreizen en het Portugese Rijk|Portugezen]] waren de eersten die om de [[Kaap de Goede Hoop]] voeren en in 1498 Zuidoost-Azië bereikten. In 1511 veroverden ze de stad [[Malakka (stad)|Malakka]], een belangrijk handelsknooppunt. Hier leerden ze de herkomst van de specerijen kennen, de [[Specerij-eilanden|specerijen-eilanden]] van de [[Molukken]] waarna de [[Francisco Serrão|Portugezen zelf naar de Molukken]] reisden. In 1522 legden de [[Tomé Pires|Portugezen]] voor het eerst contact met het [[sultanaat Bantam]], wat een belangrijk handelsknooppunt was, en vervolgens [[Tomé Pires|met heel Java]], [[Fernão Mendes Pinto|tot aan Japan]]. Gedurende de hele 16e eeuw stichtte [[Portugese ontdekkingsreizen en het Portugese Rijk|Portugal een heel Rijk van handelsposten]] en forten langs de gehele Afrikaanse kust, Zuid-Amerika en Azië, om bestaande handelsroutes over te nemen en te starten met de [[trans-Atlantische slavenhandel]]. Ondertussen had [[Iberische Unie|Portugal een unie met Spanje]] gevormd en was dus ook in [[Tachtigjarige Oorlog|oorlog met de Nederlanden]].

{{Zie hoofdartikel|Geschiedenis van Indonesië}}

=== VOC-periode ===
In 1596 bereikten vier [[Graafschap Holland|Hollandse]] koopvaardijschepen met aan boord opperkoopman [[Cornelis de Houtman]] voor het eerst de Indische archipel. Tussen 1594 en 1602 ontstonden er in de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden|Nederlanden]] verscheidene zogeheten [[voorcompagnie]]ën die handel begonnen te drijven op Azië, met name in [[Specerijenhandel|specerijen]]. Deze werden in 1602 samengevoegd tot de [[Vereenigde Oostindische Compagnie]] (VOC), een handelsonderneming maar ook vooral een oorlogs en [[Kaapvaart|kapervloot]]. Deze onderneming verkreeg bij haar oprichting het Nederlandse monopolie om ten oosten van de [[Kaap de Goede Hoop]] en ten westen van de [[Straat Magellaan]] zeehandel te drijven. De compagnie kreeg ook de taak [[Iberische Unie|Portugal en Spanje]], waarmee de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden|Nederlandse republiek]] in [[Tachtigjarige Oorlog|oorlog]] was, zoveel mogelijk te bevechten. In 1603 voer onder [[Steven van der Hagen]] de eerste volledig uitgeruste VOC oorlogsvloot naar de Indische Archipel uit. Ze gingen daar direct het conflict aan om de [[VOC-verovering van de Banda-eilanden|specerijen handel in de Molukken]], met zowel de reeds lang aanwezige Portugezen als ook de [[Britse Oost-Indische Compagnie|Engelsen]]. Op de zuid-Molukse [[Banda-eilanden]], de enige plek ter wereld waar nootmuskaat en foelie werd verbouwd, vestigde de VOC haar gezag met bruut geweld. In 1621 werd een opstand neergeslagen waarna vervolgens vrijwel alle [[Bloedbad van Banda|15.000 bewoners werden uitgemoord]] door de VOC onder leiding van [[Jan Pieterszoon Coen]]. De enkele overlevenden bracht Coen naar Java, waarna hij op de ontvolkte eilanden de eerste moderne [[slavernij]] [[plantage]]s inrichtte. Vanwege het belang van de Molukken werd op het eiland [[Ternate (eiland)|Ternate]] het hoofdkwartier van de VOC, [[Fort Oranje op Ternate|fort Oranje]], gevestigd. Voor de VOC was het voornaamste doel in deze jaren om de Spanjaarden en Portugezen te bevechten, [[Kaapvaart|hun schepen te kapen]] en goederen te stelen en hun forten te veroveren. Om toch zoveel mogelijk te verdienen werden er vele nederzettingen gesticht of veroverd op de Portugezen langs de gehele [[Goudkust (gebied)|handelsroute in Afrika]], [[Koloniaal Brazilië|Brazilie]], India en zuid-oost Azië en economische mogelijkheden verkent. Binnen en buiten de Indonesische archipel werden een groot aantal handelsposten, zogeheten [[Factorij|factorijen]] opgezet.<ref>{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 19</ref> Om de handel beter te organiseren, besloot [[Jan Pieterszoon Coen|Coen]] om een meer centrale hoofdplaats in te stellen waar ter plaatse de geïnstalleerde [[Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië|gouverneur-generaal]] en [[raad van Indië]] zetelde.
[[Bestand:Andries Beeckman - The Castle of Batavia.jpg|thumb|Het kasteel van Batavia, gezien vanaf West Kali Besar. ([[Andries Beeckman]], circa 1656-58)]]
Hiertoe werd het [[sultanaat Bantam]] binnengevallen op [[Java (eiland)|Java]] en de hoofdstad [[Jayakarta]] verwoest. Op de resten werd de nieuwe hoofdplaats van de VOC [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] gebouwd, het huidige [[Jakarta]]. Gedurende de [[17e eeuw]] vestigde de VOC vanuit [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] haar gezag over Java en veroverde en monopoliseerde de Aziatisch handelsroutes van de Portugezen. De VOC had overal grote moeite om kostendekkend te opereren, met name omdat er in Azië geen markt was voor Europese producten. Pepercontracten met [[Sultanaat Atjeh|Atjeh]], [[Palembang]] en [[Jambi (stad)|Jambi]] op Noord-Sumatra moesten met zilver worden betaald. Vanuit het gehele gebied waar de zeehandel plaatsvond werden [[Vereenigde Oostindische Compagnie|slaven meegevoerd om voor de VOC]] te werken op bijvoorbeeld suikerplantages rond Batavia en de [[Onrust (eiland)|scheepswerkplaats bij Batavia]]. Van de Indische Archipel kwamen slaven eerst van de Molukken, later vooral Balinezen.<ref name="tragiek">{{Citeer boek|titel=Kleurrijke tragiek - De geschiedenis van slavernij in Azië onder de VOC|auteur=Rossum, Matthias van|url=https://pure.knaw.nl/ws/portalfiles/portal/1571794/DEF_Van_Rossum_Kleurrijke_Tragiek_Slavernij_in_Azi_onder_de_VOC_binnenwerk_laatste_drukproef.pdf|uitgever=Uitgeverij Verloren|datum=2015|pagina's=p. 26|archiefurl=https://web.archive.org/web/20201204025922/https://pure.knaw.nl/ws/portalfiles/portal/1571794/DEF_Van_Rossum_Kleurrijke_Tragiek_Slavernij_in_Azi_onder_de_VOC_binnenwerk_laatste_drukproef.pdf|archiefdatum=2020-12-04|dodeurl=nee}}</ref>

[[Bestand:Dampier, Map of the East Indies.jpg|thumb|Kaart van Nederlands-Indië door William Dampier, 1697]]

[[Bestand:AMH-4769-KB Residence of the governor general within the walls of the castle at Batavia.jpg|thumb|Huis van de gouverneur-generaal binnen het kasteel van Batavia]]

Na uitschakeling van de Portugezen en Spanjaarden in de Nederlanden en verovering van hun aziatische handelsposten en routes, volgden vele conflicten met [[Engels-Nederlandse oorlogen|Engeland]], ook in [[Britse Oost-Indische Compagnie|Azië]]. Vanaf 1740 concentreerde de [[Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden|Nederlanden]] zich op de Indische Archipel. Sterke immenging in opvolgingskwestie van [[Javaanse successieoorlogen|javaanse koninkrijken]] leiden tot de onderwerping van grote delen van Java aan de VOC. De VOC leed echter onder verstarring en corruptie en had te maken met hevige concurrentie van [[Franse Oost-Indische Compagnie|Frankrijk]] en Groot-Brittannië.

Na de [[Vierde Engels-Nederlandse Oorlog]] volgde er eind 18e eeuw een chaotische periode in de koloniën. De Engelsen veroverden vrijwel alle posten van de VOC en blokkeerden Nederlandse havens. Na het uitbreken van [[Eerste Coalitieoorlog|de oorlog met Frankrijk]] en de vestiging van de [[Bataafse Republiek|Bataafse republiek in Nederland]] werd de VOC in 1796 [[Nationalisatie|genationaliseerd]] en behoorden de gebieden vanaf toen tot de [[Staat der Nederlanden|Nederlandse staat]].

{{Zie hoofdartikel|Vereenigde Oostindische Compagnie}}

== Uitbreiding en bestuur van de kolonie ==
=== Frans en Engels bestuur ===
In 1806 werd de [[Bataafse Republiek]] door [[Napoleon Bonaparte|Napoleon]] vervangen door het [[koninkrijk Holland]]. De koning van Holland, [[Lodewijk Napoleon]] benoemde [[Herman Willem Daendels]] tot [[Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië|gouverneur-generaal]] van Nederlands-Indië. Daendels breidde het leger uit, en dwong de Javanen om forten en kustbatterijen te bouwen. Bij weigering werden bewoners vermoord en onthoofd, zo stierven vele tienduizenden Javanen bij de aanleg van een weg langs noordelijk Java, de "[[Grote Postweg]]". Daendels raakte in conflict met verschillende vorsten en voerde strafexpedities uit om hen te onderwerpen.<ref>{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 71</ref>

Tijdens de [[napoleontische oorlogen]] veroverden de Britten in 1810 de [[Molukken]] en in 1811 [[Invasie van Java|Java]]. [[Thomas Stamford Raffles]] werd tot [[Luitenant-gouverneur|luitenant gouverneur]]-generaal benoemd. Javanen en hun vorsten legden zich niet neer bij de verdergaande inmenging door buitenstaanders en ook Raffles voerde strafexpedities uit.<ref>{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 72-73</ref> In deze periode werd 's werelds grootste [[boeddhisme|boeddhistische]] tempel, de [[Borobudur]], herontdekt, die door tropische plantengroei deels aan het oog onttrokken was. Ook werd Buitenzorg (thans [[Bogor (stadsgemeente)|Bogor]]) een tweede hoofdstad van het bewind op Java. Daarnaast introduceerde hij de theeaanplant in de [[Parahyangan|Preanger]] en stelde een belasting op grondgebruik in. Ten slotte is het links rijden van het verkeer door hem ingevoerd.

=== Nederlands bestuur ===
Na de overwinning op Napoleon gaf Groot-Brittannië met het [[Verdrag van Londen (1814)|Verdrag van Londen van 13 augustus 1814]] Nederland de koloniën in de Indische Archipel terug. Op 19 augustus 1816 werd voor het stadhuis van Batavia het bestuur van "Java en Onderhorigheden" officieel overgedragen aan het [[Verenigd Koninkrijk der Nederlanden]], waarmee "Nederlands-Indië" was geboren.<ref name="begin">Encarta-encyclopedie Winkler Prins (1993–2002) s.v. "Nederlands-Indië". Microsoft Corporation/Het Spectrum.</ref> Het bestuur van Nederlands-Indië werd net als onder de VOC centraal uitgeoefend door de [[Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië|gouverneur-generaal]]. Deze werd door de [[Koning der Nederlanden|Koning van Nederland]] aangesteld, en plaatselijk geadviseerd door de [[Raad van Indië]], waar de gouverneur-generaal formeel de voorzitter van was. Vanuit Nederland werd beleid bepaald vanuit het [[Ministerie van Koloniën|ministerie van Kolonieen]], waaronder ook officieel het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|Nederlands-indisch leger]] ressorteerde. In de praktijk was de afstand tussen Nederland en kolonie veel te groot en werden vele beslissingen, inclusief inzet van het leger lokaal genomen. Het gouvernement had de beschikking over een centraal ambtenarenapparaat van verschillende departementen en de Algemene Secretarie.<ref name="jstor.org" />
Het bestuur over de bevolking werd zoveel mogelijk door lokale gezagsdragers uitgeoefend. Deze bestuurders stonden wel onder toezicht van Nederlandse bestuurders. Hierdoor bestond het bestuur uit twee lagen: een lokale laag en een Nederlandse. Onder het [[Gewestelijk Bestuur (Nederlands-Indië)|Binnenlands Bestuur]] ook wel Gouvernement genoemd, vielen: [[gouverneur]]s, [[Resident (bestuurder)|residenten]], [[assistent-resident]]en, [[Controleur (Binnenlands Bestuur)|controleur]]s en [[adspirant-controleur]]s. Het [[Inlands Bestuur (Nederlands-Indië)|lokale bestuur]] had als hoofd een [[Regent (Nederlands-Indië)|regent]], met daaronder [[districtshoofd]]en en [[onderdistrictshoofd]]en. Op Java bestond nog de functie van [[patih]], die dienstdeed als plaatsvervangend regent en uitvoerder. Regenten werden aangewezen door het gouvernement en waren afkomstig uit de lokale aristocratie. Aan het hoofd van een dorp, [[Desa (Indonesië)|desa]] of [[Kampong (nederzettingstype)|kampong]], stonden de dorpsoudsten. Deze werden door de bevolking gekozen en hun verkiezing door de resident bekrachtigd. Door deze hierarchie was het voor de Nederlanders mogelijk om met slechts weinigen de miljoenen inwoners te controleren.<ref name="jstor.org">{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 76-78</ref> Enkele gebieden hadden meer zelfbestuur, zoals de Javaanse [[vorstenlanden]]. Deze landen hadden wel Nederlandse residenten en assistent-residenten maar zij voerden geen toezicht uit.<ref name="jstor.org" />

[[Bestand:Nicolaas Pieneman - The Submission of Prince Dipo Negoro to General De Kock.jpg|thumb|De arrestatie van [[Diponegoro|Diepo Negoro]] tijdens de onderhandelingen door luitenant-generaal [[Hendrik Merkus de Kock|Hendrik Merkus Baron de Kock]], 28 maart 1830, waarmee de [[Java-oorlog]] werd beëindigd]]
De terugkeer naar Nederlands gezag na de engelse tijd, ging niet eenvoudig. De bevolking weigerde het gezag van vreemdelingen met andere godsdienst te erkennen, wilden geen [[Herendienst|herendiensten]] uitvoeren of niet aan de verplichte afdracht van landbouw- en mijnproducten voldoen. Zo weigerde het [[Palembang|sultanaat Palembang]], op Sumatra om nog [[Tin (element)|tin]] te leveren aan de Nederlanders. Het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|koloniale Nederlandsch - Indisch leger, KNIL]], voerde in [[Eerste expeditie naar Palembang|1819 een strafexpeditie uit met 1500 man]] op vijf oorlogsschepen, drie transport schepen en 14 stuks artillerie en werd teruggeslagen doordat onder meer de bevolking de schepen aanvielen met brandende drijvende huizen. Bij de [[Tweede expeditie naar Palembang|tweede expeditie van het KNIL naar Palembang]] in 1821 werd het sultanaat onderworpen, de sultan verbannen en uiteindelijk viel het sultanaat onder direct Nederlands bestuur. Op [[Militaire acties op Borneo|West-Borneo probeerde de Nederlanders hun gezag te herstellen]] maar zonder resultaat en op West-Sumatra raakte de Nederlanders betrokken bij de [[Padri-oorlogen]].<ref>{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 78-79</ref>

Rond 1825 brak op Java een grote opstand uit in [[Vorstenlanden|de vorstenlanden]] onder leiding van de inheemse anti-koloniale leider [[Diponegoro]]. De Javanen kwamen vooral in opstand tegen de invloed van Nederlanders in hun gebied en riepen op tot een heilige [[Jihad]]. Dit resulteerde uiteindelijk in de zeer bloedige [[Java-oorlog]] (1825–1830) en een langdurige guerilla op midden-Java. Nederland werd gedwongen om vele soldaten te ronselen uit de Indische Archipel, en uiteindelijk ook uit alle delen van de wereld om een [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|koloniaal leger]] van 50.000 man op de been te brengen. Diponegoro zette hier een macht van 100.000 man tegenover en uiteindelijk kwamen tienduizenden soldaten aan beide kanten om, en bijna 200.000 lokale bewoners. De oorlog eindigde toen Diponegoro bij vredesonderhandelingen werd vastgezet door het bewind. Na deze oorlog kwam Java bijna geheel onder directe Nederlandse heerschappij te staan. Alleen de vorsten van [[Sultanaat Jogjakarta|Jogjakarta]] en [[Soerakarta (vorstenstaat)|Soerakarta]] bezaten nog enkele Javaanse gebiedsdelen.
[[Bestand:Badung Puputan 1906.jpg|thumb|Zelfmoord of Poepoetan op Bali in [[Badung (regentschap)|Badoeng]], 1906]]
Vrijwel de hele 19e eeuw bleven grote delen van de Indische archipel onafhankelijk van het Nederlands koloniale gezag. Deels kwam dat door de Nederlandse [[onthoudingspolitiek]], die betekende dat men vooral probeerde de economisch belangrijke gebieden op Java en de Molukken onder Nederlands bestuur te stellen. In de tweede helft van de 19e eeuw werd dit beleid losgelaten, ook om te voorkomen dat andere [[Europese kolonisatie|koloniale machten]] aanspraken zouden maken op het grondgebied. Dit leidde tot een lange serie oorlogen in het tweede deel van de 19e eeuw en de eerste decennia van de 20e eeuw.

Vooral op Bali was het verzet tegen de Nederlanders groot. Bali was altijd een bondgenoot van de Nederlanders geweest, maar dat betekende niet dat het eiland zich Nederlands bestuur liet opleggen. Meerdere Balinese vorsten weigerden zich aan Nederland te onderwerpen en werden het doelwit van "[[Eerste expeditie naar Bali|strafexpedities]]", die van het midden van de 19e eeuw [[Expeditie naar Bali (1906-1908)|tot in 1908 duurden]]. Bij de onderwerping van Bali zijn duizenden Balinezen omgekomen. Meerdere malen kozen een lokale [[Radja (titel)|radja]] en zijn onderdanen in plaats van zich over te geven voor "[[puputan]]", de dood door rituele zelfmoord in het zicht van een Nederlandse overmacht. Zulke incidenten brachten het Nederlands-koloniale gezag veel negatieve publiciteit, ook in het buitenland.

Ook het [[Sultanaat Atjeh]] in het noorden van Sumatra bleef lang verzet bieden tegen Nederlandse inname. Tijdens de zeer bloedige en langdurige [[Atjehoorlog]] (1873-1913) vocht vrijwel de gehele bevolking tegen het Nederlands-koloniale leger.

In 1913 was de hele Indische archipel veroverd. Geheel [[Sumatra]] en [[Sulawesi]], het zuidelijke deel van [[Borneo]], en de hele eilandenreeks van [[Bali (eiland)|Bali]] tot en met [[West-Timor]] stonden dan onder Nederlands bestuur.

{{Zie hoofdartikel|Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger}}

===Het cultuurstelsel===
De vele oorlogen trokken een zware wissel op de Nederlandse schatklist. Om de kolonie meer geld te laten opbrengen richtte koning [[Willem I der Nederlanden|Willem I]] in 1824 de [[Nederlandsche Handel-Maatschappij|Nederlandse Handelsmaatschappij]], NHM op, de voorloper van de [[ABN AMRO Bank N.V.|ABN AMRO bank]]. Net als de VOC was dit welliswaar een particuliere onderneming, maar met de koning en familie van Oranje als grootaandeelhouder, ook sterk verbonden met de Nederlandse staat. Om meer winst te kunnen maken, besloot koning Willem I dat de lokale bevolking een-vijfde van het land moest bewerken met winstgevende gewassen zoals koffie, suiker, tabak en [[opium]] en die aan de NHM moest afstaan. Dit zogenoemde [[cultuurstelsel]], naar het cultiveren van gronden voor winstgevende gewassen, stond onder toezicht van zowel het Nederlands-indische als ook lokale bestuur. Beide bestuurslagen konden veel geld verdienen door producten en winsten af te romen en dwongen de bevolking hieraan mee te doen.<ref>{{aut|Burgers, Herman}}. [http://www.jstor.org/stable/10.1163/j.ctt1w76wq4 ''De Garoeda En de Ooievaar: Indonesië van Kolonie Tot Nationale Staat.''] Brill, 2010. JSTOR. Geraadpleegd op 27 mei 2022. blz. 84-86</ref> Voor het zeer winstgevende [[Koffie (Coffea)|koffie]] gold de regeling tot aan het begin van de twintigste eeuw. De winsten waren hoog en het zogenaamde [[batig slot]] leverde in de 19e eeuw tot aan 50% van de inkomsten voor de Nederlandse begroting. Er werd ook eindelijk een product gevonden uit Europa dat kon worden verhandeld in Azié, [[Textielindustrie in Nederland|textiel]], wat leidde tot de [[Textielindustrie in Enschede|twentse textielindustrie]]. Door de uitbuiting van de lokale bevolking leed deze vaak honger en hongersnoden kostten vele levens.<ref>[https://javapost.nl/2021/12/20/meer-sterfte-op-java-door-dwangarbeid-voor-nederlandse-kolonisator Meer sterfte op Java door dwangarbeid Nederlandse kolonisator]</ref> [[Multatuli]] schreef hierop in [[1860]] zijn roman ''[[Max Havelaar (boek)|Max Havelaar]]'' waarin gewezen werd op de bedenkelijke morele aspecten van dit misbruik.<ref>https://www.canonvannederland.nl/nl/maxhavelaar</ref> Vanaf 1848 begonnen meer mensen te pleiten voor de afschaffing. Hiervoor worden twee belangrijke oorzaken genoemd: de lokale bevolking leed eronder en men wilde Nederlands-Indië openen voor particulier bezit.<ref name="autogenerated1">[https://web.archive.org/web/20060930063657/http://www.nationaalarchief.nl/indie/html/NedInd_cultuur.html Cultuurstelsel en liberalisme] nationaalarchief.nl (gearchiveerd)</ref> In 1870 werd de [[Agrarische Wet]] en de [[Suikerwet]] ingevoerd, waarmee het Cultuurstelsel werd afgeschaft. Door deze wetten konden particuliere bedrijven zich in Nederlands-Indië vestigen. Grondstoffen uit Indië werden vervolgens in Nederland bewerkt en andersom: stoffen uit Nederland werden in Indië ge[[batik]]t en daarna op de lokale markten verhandeld. Door de opening van het [[Suezkanaal]] in 1869 en het [[Stoomboot|stoomschip]] werd de reistijd tussen West-Europa en Oost-Azië verminderd van enkele maanden tot enkele weken. Op Java en Sumatra werden spoorlijnen door het gouvernement en door particuliere bedrijven als de [[Nederlands-Indische Spoorweg Maatschappij|Nederlandsch-Indische Spoorweg Maatschappij]] (N.I.S.) aangelegd, waardoor bouwmaterialen, goederen en passagiers door de binnenlanden konden worden vervoerd. Dit bracht een stroomversnelling teweeg in de groei van de bevolking, zowel op het platteland als in de steden, van 16 miljoen in 1800 tot 38 miljoen in 1900.<ref>https://ourworldindata.org/country/indonesia</ref> In diezelfde eeuw steeg de Nederlandse bevolking van 2 naar 5 miljoen inwoners.<ref>https://ourworldindata.org/country/netherlands</ref>

{{Zie hoofdartikel|Cultuurstelsel}}

== Gedwongen arbeid en uitbuiting ==
===Slavernij in Nederlands-Indië===
De VOC bracht grootschalig slavenbezit en slavenhandel naar Indië. Slaven werden zowel als handelswaar verkocht, als ook door de VOC als arbeidskracht ingezet in haar mijnen, landerijen, werven en voor ander zwaar werk.<ref>{{aut|Schrikker, Alicia}}. [https://open.overheid.nl/documenten/470dc859-6cb7-4df5-b448-13985dec31bb/file ''Staat en Slavernij: Slavernij in koloniaal Indonesië ''], blz. 319</ref> In totaal overtrof de slavenhandel van de VOC de Nederlandse transatlantische slavenhandel. Ook na de overname van de VOC-bezittingen door de Nederlandse staat bleef de slavernij bestaan. Officieel werd de slavernij in Nederlands-Indië afgeschaft op 1 januari 1860. In de praktijk was dat echter alleen het geval in de door de Nederlandse regering centraal geregeerde gebieden op de eilanden Java en Madura. In de buitengebieden werd de slavernij residentie na residentie afgeschaft. In 1902 waren er duizenden officieel geregistreerde slaven op Lombok, Sumatra, Bali en andere eilanden.<ref>https://www.dewereldmorgen.be/artikel/2015/04/08/slavernij-in-de-oost-vergeten-nederlandse-geschiedenis</ref> In 1914 werd op het schierieland [[Samosir]] op [[Sumatra (eiland)|Sumatra]] als laatste gebied in Nederlands-Indië de slavernij officieel afgeschaft.<ref name="natarch">[https://www.nationaalarchief.nl/onderzoeken/zoekhulpen/slavernij-en-slavenhandel-in-nederlands-indie-1820-1900 Slavernij en slavenhandel in Nederlands-Indië, 1820-1900], nationaalarchief.nl</ref> De Nederlandse regering betaalde per slaaf dertig tot zestig gulden schadevergoeding aan de slavenhouder.<ref name="natarch" /> Desalniettemin moesten bevrijde slaven voor hun vroegere eigenaars werken om hun ‘schulden’ af te betalen<ref name=":">{{Citeer boek |titel=Daar werd wat gruwelijks verricht. Slavernij in Nederlands-Indië |auteur=Reggie Baay |taal=nl |uitgever=Athenaeum-Polak & Van Gennep |ISBN=9789025304706 }}</ref>

===Concubines en njai===
Behalve voor arbeid, werden slaven ook voor seksuele diensten verhandeld door, en ook vooral aan, de Nederlandse en andere Europese mannen die als zeeman, militair of anderszins naar de kolonie afreisden. Alhoewel de praktijk werd afgekeurd door bewindsvoerders bleef het de gehele periode tot de afschaffing van de slavernij bestaan. Daarna ging de praktijk over in [[concubinaat]], in Nederlands-Indië bekend als "Njai", waarbij vrouwen zogenaamd als huishoudster 'in dienst' waren. Met name tijdens de opbouw van het [[Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger|koloniale leger]] om in Sumatra te vechten tijdens de langdurige [[Atjehoorlog]], ontstond ook het kazerne-concubinaat waarin de njai samen met de militair op de slaapzaal verbleef. De vrouwen hadden vrijwel geen rechten en konden op elk moment afgedankt worden zoals bij zwangerschap of terugkeer naar Nederland van de man.<ref>[https://www.historien.nl/de-njai-de-slavinnen-van-indie/''De Njai: de slavinnen van Indië''], historien.nl</ref>

===Herendiensten===
[[Bestand:COLLECTIE TROPENMUSEUM Koelie in een tabaksveld TMnr 60002421.jpg|thumb|Een koelie in een tabaksveld in Nederlands-Indië]]
De overgrote meerderheid van de bewoners van de Indische archipel leefde van de landbouw in een [[Feodalisme|feodale maatschappij]].<ref name="breman" /> Dat betekende onder meer dat de bevolking gedwongen werd om een deel van het land te bewerken voor het gewin van de lokale heerser. De VOC, en later de Nederlandse staat, eisten achtereenvolgens ook hun deel en legde hier bovenop nog meer beslag op de arbeid, het land en tijd van de bevolking. Rond 1890 bedroeg deze arbeid 63.000 [[Fte|manjaren]] op Java alleen<ref name=":3" /> . Het [[cultuurstelsel]] richtte zich vooral op de plantages, maar de [[Herendienst]]en hadden ook betrekking op de aanleg van wegen, spoorwegen, forten en in transport en bouw. Deze praktijk bleef bestaan tot ver na afschaffing van het cultuurstelsel op Java, en is daarbuiten nooit ten einde gekomen tot het einde van de kolonie.<ref name=":3">https://pure.knaw.nl/ws/files/7152548/carceral_colony_colonial_exploitation_coercion_and_control_in_the_dutch_east_indies_1810s1940s.pdf/</ref>

===Arbeid door gevangenen===
Door de afschaffing van slavernij op 1 januari 1860 viel op Java en Madura een bron van goedkope arbeid weg. Maar al sinds de VOC was er nog een andere bron, namelijk [[Dwangarbeid|arbeidstraffen]]. Dit konden zowel korte termijnstraffen zijn, minder dan drie maanden, die door de lokale politie werd uitgedeeld zonder tussenkomst van een rechter, of lange termijn vanuit gevangenschap. In dat laatste geval kon de gevangene gedwongen worden overal te werken, zoals in irrigatiewerken, transport. kool- en tinmijnen, en ook in het leger. Zo omvatte het leger dat in de [[Atjehoorlog|Atjeh-oorlog]] vocht duizenden dwangarbeiders. Deze oorlog, en de behoefte aan goedkope arbeid, resulteerde in een stijging van dwangarbeiders van 69.500 per jaar in 1870 tot 275.000 per jaar in 1900.<ref name=":3" />

===Contractarbeiders===
Gedurende de hele periode van het kolonialisme zijn zeer vele [[contractarbeid]]ers vanuit Azië de wereld over gezonden. Die tekenden thuis een contract, waarbij ze zich verplichten om te werken voor een onderneming om allereerst de kosten van verscheping en verblijf te vergoeden en daarna pas geld te verdienen. In Nederlands-Indië waren dit vooral Zuid-Chinese immigranten, [[koelie]]s genoemd, en deze werden veelal op plantages te werk gesteld. De omstandigheden waren zeer slecht, de arbeiders mochten vaak niet de plantage verlaten, kregen [[Poenale sanctie|lijfstraffen]] en werden uitgelokt om meer schulden te maken. In de praktijk kwamen de contractarbeiders vaak niet onder hun contract uit, en was de plantagehouder heer en meester.

== Koloniale samenleving in de 20e eeuw ==
===Migratie uit Nederland en Europa===
Gedurende de VOC-tijd vestigden Nederlanders en andere Europeanen zich slechts tijdelijk op de verschillende handelsposten in de Indische archipel. Ook daarna kwam de migratie slechts langzaam op gang, rond 1814 waren er slechts 16.000 Europeanen op een totale bevolking van vele miljoenen.<ref name=":4" /> Tijdens de 19e eeuw vertrokken er in totaal 160.000 militairen vanuit Nederland en tienduizenden uit de rest van Europa<ref>https://vijfeeuwenmigratie.nl/migratiebeweging/zwitserse-soldaten-het-koninklijk-nederlands-indische-leger-knil</ref> naar de kolonie om in de vele oorlogen te vechten. De meesten vertrokken weer, of waren omgekomen; in 1903 woonden er in de hele kolonie ongeveer 60.000 Nederlanders, en 20.000 Europeanen.<ref name=":4" /> De [[Agrarische wet|liberalisatie van de handel]] en de kortere reistijd aan het einde van de 19e eeuw zorgden voor een toename van migratie vanuit Nederland gedurende de eerste helft van de 20e eeuw. Doordat er ook veel remigratie plaats vond, kwam het absolute aantal Nederlanders niet uit boven de 100.000 personen, plus tienduizenden Europeanen.<ref name=":4">https://publ.nidi.nl/demos/2010/demos-26-09-oostindie.pdf</ref> Vanuit Indisch perspectief waren dit kleine aantallen, en op de vele eilanden hebben generaties bewoners nooit een Nederlander gezien<ref name=":1" />; vanuit Nederland gaat het om 1.5% van de bevolking.<ref name=":4" /> De Nederlanders vormden een bevoorrechte [[Sociale klasse|klasse]] en bestond uit bestuurders, administrateurs, ingenieurs, managers, onderwijzers en plantagehouders. Migranten waren veelal jonge mannen, en deze trouwden lokale vrouwen, hun kinderen, [[Indische Nederlanders|Indo-europeanen]] waren ook Nederlands [[burger]], zolang als ze [[Erkenning (familierecht)|erkend]] waren door hun vader. De andere klasse, de lokale bewoners, waren wel ingezetene van Nederland maar hadden geen rechten.

==Nederlands-Indië tijdens de Tweede Wereldoorlog ==
{{Zie hoofdartikel|Verovering van Nederlands-Indië door Japan}}

=== Internering ===
Op 10 mei 1940 werd de gouverneur-generaal van Nederlands-Indië [[Alidius Tjarda van Starkenborgh Stachouwer|Tjarda van Starkenborgh]] op de hoogte gebracht van de [[Duitse aanval op Nederland in 1940|Duitse inval]] in Nederland. Als tegenmaatregel werden onder [[code Berlijn|code ''Berlijn'']] op grond van artikel 20 van de ''Regeling op de Staat van Oorlog en van Beleg'',<ref>Staatsblad 1939, nr. 582</ref> alle ”arische” [[Duitsland|Duitsers]], [[Indo]]’s met een Duitse achternaam, [[Nationaal-Socialistische Beweging|NSB]]’ers, uit [[Duitsland]] en [[Oostenrijk]] afkomstige [[Joden]], politieke vluchtelingen uit de Duitse gebieden, [[Tsjechië|Tsjechen]], [[Hongarije|Hongaren]], [[Denemarken|Denen]], [[Joegoslavië|Joegoslaven]], [[België|Belgen]] en [[Polen]] gearresteerd en in [[interneringskamp]]en opgesloten. Dat waren ruim 2800 mannen en vrouwen. Een aparte groep vormden de Joden. Reeds voor de oorlog waren zij door de [[nazi-Duitsland|nazi’s]] van hun [[burgerrecht]]en beroofd en waren daardoor [[stateloos]]. In de jaren 30 waren zij uit Duitsland en Oostenrijk gevlucht, omdat zij in Nederlands-Indië een veilig heenkomen dachten te vinden. Zij werden echter als gewone Duitsers beschouwd en ook als zodanig behandeld. De bezittingen van de gevangenen werden [[confisqueren|geconfisqueerd]]. Vanuit deze kampen werden de mannelijke gevangenen eerst in het kamp op het eiland [[Onrust (eiland)|Onrust]] en later in augustus 1940 bijeengebracht in een nieuw kamp in [[Atjeh]] op [[Sumatra]], ''Lawé-singalagala''. Rond 150 vrouwen die als nationaalsocialisten genoteerd stonden, werden gevangen genomen en met hun kinderen op Java in een kazerne in ''Banjoebiroe'' opgesloten. Vrouwelijke leden van het [[Leger des Heils]] traden hier op als bewaaksters.<ref>Jong, dr. L. de, a.w. p. 534.</ref> Zo'n 200 niet gearresteerde vrouwen kwamen in financiële moeilijkheden, doordat de mannelijke kostwinners gevangen waren genomen. De regering besloot hen in eerste instantie in hotels, ingericht als kleine kampen, te huisvesten, waarvan vier op Java en twee op Sumatra.

Toen de [[Japan]]se dreiging om Nederlands-Indië te gaan bezetten toenam, besloot de regering de geïnterneerden over te brengen naar de havenstad [[Sibolga]], om hen van daaruit naar [[Bombay]] in [[Brits-Indië]] te transporteren en aan de regering aldaar over te dragen. Dat gebeurde in drie etappes: het eerste transport van 975 gevangenen op 29 december 1941 met het [[Koninklijke Paketvaart Maatschappij|KPM]]-schip ''Ophir'', het tweede op 3 januari met het KPM-schip de ''Plancius'' met 938 gevangenen en op 16 januari 1942 vertrok het derde en laatste transport, met 478 gevangenen aan boord van het omgebouwde [[koopvaardij]]schip de ''[[Van Imhoff (schip, 1914)|Van Imhoff]]''. Bij dit laatste transport bevonden zich naast Duitsers, alle Joodse gevangenen met de achternamen L t/m Z. Dit laatste schip werd op 19 januari rond tien uur in de ochtend door een Japanse luchtaanval 150 zeemijl uit de kust van Sumatra zodanig geraakt, dat het een scheur opliep onder de waterlinie, begon water te maken en langzaam zonk. Hierbij zijn alle Joodse gevangenen verdronken.<ref>[http://werkgroepcaraibischeletteren.nl/tag/stauder-werner/ Kopie van origineel bericht, gepubliceerd in: ''Duitse Joden achter Indische kawat (3)''], Caraïbisch Uitzicht, Werner Stauder.</ref>

=== Japanse bezetting ===
Tijdens de [[Tweede Wereldoorlog]] gaven de Nederlandse strijdkrachten zich op 8 maart 1942 over en werd Nederlands-Indië door [[Japan (hoofdbetekenis)|Japan]] bezet. Ruim 42.000 militairen met een Europese of gemengde achtergrond kwamen in [[krijgsgevangenschap]]. Ook veel burgers werden geïnterneerd. Een paar maanden na het begin van de Japanse bezetting werd begonnen met de registratie van niet-inlanders. De Europeanen werden opgedeeld in volbloed Europeaan en gemengdbloedig. Omdat het voor de Japanners niet duidelijk was waar de loyaliteit van de Indo-Europeanen lag kregen die het voordeel van de twijfel. Het merendeel van de Indische Nederlanders bleef zodoende aanvankelijk buiten de kampen.

Toen veel Indo-Europeanen weigerden zich pro-Japans op te stellen kwam er in 1943 een tweede selectie waarbij Japanse ambtenaren bepaalden tot welke groep men behoorde. Ter selectie werd onder andere gekeken naar de manier van lopen en bij twijfel was vooral de kleur van de ogen doorslaggevend.<ref name="Moesson nummer 11, 2013">''Harmen C. Veldhuizen'', pag. 30, 31, Tjalie Robinson B.V., ISSN 0165-6546</ref> Om aan te tonen dat men gemengdbloedig was, diende men te beschikken over een afstammingsbewijs, een ''asal oesoel''. Uiteindelijk belandde ook het gros van de Indische Nederlanders in een kamp. Naar schatting 13.000 mensen kwamen in de Japanse kampen om het leven, onder wie veel mannen die waren ingezet als dwangarbeiders aan de [[Dodenspoorweg]]en.

Gedurende de bezetting ontwikkelde de nationalistische beweging zich sterk. De Japanners zelf stonden, door hun idee waarin Oost-Azië één staat moest worden, negatief tegenover een onafhankelijk Indonesië. Toen ze de oorlog echter aan het verliezen waren begon Japan met besprekingen die een onafhankelijk Indonesië moesten opleveren onder Japanse [[hegemonie]]. Op [[15 augustus]] [[1945]] maakte de Japanse keizer in een radiotoespraak de capitulatie van zijn land bekend. Nederlands-Indië was weer vrij, maar voor veel Indische Nederlanders betekende dit niet het einde aan de beproevingen. De Indonesische nationalist [[Soekarno]] riep namelijk op 17 augustus 1945 (2 dagen na de [[Capitulatie (overgave)|capitulatie]]) de [[Republiek Indonesië]] uit en dat leidde tot de [[bersiap]]periode. Deze republiek moest geheel Nederlands-Indië omvatten.
{{Zie hoofdartikel|Japanse bezetting van Nederlands-Indië|Indische Nederlanders}}

== Indonesische onafhankelijkheid ==
=== Oplaaiend nationalisme ===
Na het einde van de oorlog in 1945 was [[Nederland]] niet meteen bij machte troepen naar Indonesië te sturen om het koloniale gezag te herstellen. Men was afhankelijk van de Britse troepen, terwijl Groot-Brittannië niet zonder meer het herstel van het Nederlandse gezag op zich wilde nemen. De Amerikanen en Britten lieten de handhaving van het gezag in handen van de achtergebleven Japanse troepen. De Nederlandse bevolking, die nog steeds in de kampen verbleef, werd nu ''beschermd'' door de Japanners tegen de inlandse nationalisten. Deze Indonesische nationalisten, die aanvankelijk door de Japanse bezetters waren ondersteund maar later ook waren vervolgd, maakten van deze situatie gebruik hun eigen structuren op te bouwen. Zij kregen de controle over de grootste delen van [[Java (eiland)|Java]] en [[Sumatra]].

De Nederlandse regering had gedurende de oorlog beloftes gedaan over autonomie voor [[Indonesië]]. Deze beloftes werden geformuleerd in de radiotoespraak door koningin [[Wilhelmina der Nederlanden|Wilhelmina]] van 7 december 1942. Zover deze toespraak in "bezet Indië" werd gehoord — de Japanse bezetter vaardigde namelijk al zeer kort na de Nederlandse capitulatie de maatregel uit dat alle radio's ter "verzegeling" dienden te worden aangeboden—de nationalisten zouden de vage beloftes toch als ongeloofwaardig en 'too little, too late' opzij schuiven.

[[Bestand:ZIJNE EXCELLENTIE LUITENANT-GOUVERNEUR-GENERAAL DR. H.J. VAN - MOOK OVER DE INDISCHE KWESTIE-PGM4011862.webm|{{largethumb}}|Bioscoopjournaal uit 1946. De luitenant-[[Gouverneur-generaal van Nederlands-Indië]], [[Huib van Mook|dr. H.J. van Mook]], spreekt tot de kijkers over de nationale bewustwording en het verlangen van de mensen in Nederlands-Indië naar [[Onafhankelijkheid (staatkunde)|onafhankelijkheid]] en over de aard van de relatie tussen deze eventuele onafhankelijke staat en [[Nederland]].]]
De verkenningspatrouilles die vanuit Australië werden uitgezonden (onder andere door de NEFIS -[[Netherlands Forces Intelligence Service]]-) waren slechts gericht op het verzamelen van militair-strategische informatie. Een meer of mindere mate van onafhankelijkheid voor [[Indonesië]] was dus echter al snel aan de orde. Luitenant-[[gouverneur-generaal]] [[Hubertus van Mook]] besloot tot opbouw van Indonesië volgens een federale structuur. Dit was geen volstrekt nieuw idee, maar vormde wel een breuk met de staatsvoering in Nederlands-Indië tot dan toe, en vormde een schril contrast met de denkbeelden van de [[nationalisme|nationalisten]], die wilden dat geheel Nederlands-Indië tot een centralistisch bestuurd Indonesië zou gaan behoren. Het plan was, Indonesië op te delen in verschillende deelstaten ''[[negara]]'s'', die onder zich eventueel ook weer zelf besturende gebieden zouden kunnen hebben, de ''[[daerah]]s''. Het geheel zou dan de [[Verenigde Staten van Indonesië]] heten en met Nederland verbonden zijn in de [[Nederlands-Indonesische Unie]]. Het zuiver symbolische hoofd van de Nederlands-Indonesische Unie zou de Koning der Nederlanden zijn. De door de nationalisten uitgeroepen ''Republik Indonesia'' zou dan een der negara's worden. Over dit plan werd met de Indonesiërs overeenstemming bereikt gedurende een [[Overeenkomst van Linggadjati|conferentie te Linggadjati]] in november [[1946]]. Via de federale structuur werd volgens mensen als Van Mook de culturele en etnische diversiteit van Indonesië erkend. Men verwees hierbij naar het zelfbeschikkingsbeginsel: de verschillende volkeren van Indonesië zouden zichzelf moeten kunnen besturen. De etnische diversiteit van Indonesië was onderwerp geweest van twee conferenties in [[Malino]] en [[Pangkalpinang]].

Het idee Indië los te moeten laten was echter schokkend voor veel Nederlanders met de gedachte ''Indië verloren, rampspoed geboren''. Nederland had Indië altijd als een belangrijke ''raison d'être'' beschouwd. Gedurende het [[cultuurstelsel]], waarbij de Nederlandse regering veel inkomsten uit Indië verwierf ten koste van de plaatselijke bevolking, kwam onder invloed van onder meer [[Eduard Douwes Dekker|Multatuli]] de gedachte van het "[[schone streven]]" op: Nederland moest zijn "ereschuld" veroorzaakt door het cultuurstelsel aan Indië terugbetalen door het land te ontwikkelen. Veel Nederlanders hadden zodoende messianistische gedachten bij Indië; het was de taak van Nederland dit land te ontwikkelen.

Nederlands-Indië was de Nederlandse kolonie bij uitstek. Natuurlijk was er ook West-Indië, [[Suriname]] en de [[Nederlandse Antillen]], maar vanwege zijn grootte, economisch belang en rijkdom aan verschillende volkeren en culturen nam Nederlands-Indië in het Nederlandse koloniale gedachtegoed de voornaamste plaats in. Nederland had sterk het idee dat Nederlands-Indië een modelkolonie was. Men aanvaardde wel het idee dat Nederlands-Indië ooit onafhankelijk zou worden, maar dit plaatste men in de verre toekomst. In de periode tussen de oorlogen werden dan ook geen vergaande hervormingen in het bestuur doorgevoerd; van enige ontwikkeling in de participatie van Indonesiërs in het bestuur was na 1918 geen sprake. Het onafhankelijkheidsstreven van de Indonesiërs kwam dan ook voor de meeste Nederlanders als een volslagen verrassing.

Bovendien weigerde de Nederlandse publieke opinie de leiders van de ''Republik Indonesia'' te erkennen als leiders van de Indonesische massa's. De Indonesische nationalisten onder [[Soekarno]] hadden meegewerkt met het Japanse bewind. Hierdoor brandmerkte men hen in Nederland als verraders en [[collaborateur]]s. De rol van de Britten en Amerikanen was vervolgens zeer kwetsend voor de Nederlanders. De Britten hadden geweigerd hun legermacht in dienst van Nederland te stellen. Voorts hadden zij door de Republikeinen in de ordehandhaving op Java en Sumatra te betrekken in de ogen van Nederland bijgedragen aan de erkenning van het republikeins gezag. De Amerikanen vervolgens drongen bij Nederland aan op een oplossing van het conflict en schaarden zich vanuit hun anti-kolonialisme niet zonder meer langs de Nederlandse "legalistische" lijn, die uitging van verdragen en wetten.

==De Indonesische revolutie==
Tijdens de Tweede Wereldoorlog richtte de Japanse bezettingsmacht in Indië inlandse paramilitaire organisaties op ten behoeve van de strijd tegen de geallieerden. Deze groepen werden door Japanse instructeurs getraind en bewapend met kapmessen en in een punt geslepen bamboestok. Aangezien er na de capitulatie van Japan niet meteen geallieerde troepen beschikbaar waren, kregen de Japanners de opdracht om de status quo te handhaven tot deze zouden arriveren.

Hoewel [[Soekarno]] en [[Mohammed Hatta|Hatta]] zich aanvankelijk terughoudend opstelden, eisten republikeins-nationalistische jongeren (''pemuda’s'') onmiddellijke onafhankelijkheid. Op 17 augustus 1945 riep Soekarno daarom de [[Republik Indonesia]] uit. Het proclameren van de onafhankelijkheid leidde tot een revolutionaire en chaotische situatie. Japan had weliswaar gecapituleerd, maar omdat er geen geallieerde troepenmacht in zicht was, was er sprake van een machtsvacuüm.

Dit mondde uit in een uiterst explosieve situatie; er volgde een poging tot afrekening met alle buitenlandse invloed, of dat nu Brits, Chinees, Japans of (Indisch) Nederlands was. Deze periode staat bekend als de [[bersiap]]periode. ''Bersiap'' en ''siap'' is [[maleis]] voor ''wees paraat'' en ''geeft acht''. Het waren de strijdkreten van Indonesische paramilitaire organisaties en bendes die vrijwel direct na afloop van de Japanse bezetting dood en verderf zaaiden onder niet-inlanders, en ook onder van ‘collaboratie’ met het zich herstellende koloniale gezag verdachte inlanders. Het geweld maakte duizenden slachtoffers en was een van de aanleidingen voor de [[Indische Nederlanders#Repatriëring naar Nederland|repatriëring]] naar Nederland van [[Indische Nederlanders]] en het ontstaan van een wereldwijde Indisch-Nederlandse [[diaspora (antropologie)|diaspora]].

Toen uiteindelijk de eerste Britse troepen bij [[Batavia (Nederlands-Indië)|Batavia]] landden kwam het tot massale gewelddadigheden waarbij veel doden vielen. In steden gingen groepen opstandige jongeren langs de straten en joegen de bewoners de stuipen op het lijf met geschreeuw en nachtelijk lawaai. Huizen werden geplunderd. Sommige inwoners vluchtten de bossen in waar ze het risico liepen het slachtoffer te worden van andere bendes. Er verschenen pamfletten waarin de bevolking werd opgeroepen [[Indische Nederlanders|(Indische) Nederlanders]] uit te roeien.<ref name="auto1">[http://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/27900/het-geweld-van-de-bersiap.html 'Het geweld van de Bersiap', ''Historisch Nieuwsblad'', nr. 7, 2011]</ref>

Vooral in Batavia organiseerden (Indische) Nederlanders en [[Molukker]]s zich in milities om hun huizen en gezinnen te verdedigen en de moorden te vergelden. Soms maakten ook zij zich schuldig aan overmatig geweld. Vaak lieten ze zich leiden door wraak, waarbij een moord op een Europeaan of Molukker in veelvoud werd vergolden. Op deze wijze escaleerde het geweld, maar het gelukte de Nederlands-Molukse milities hiermee wel om sommige buurten te beschermen tegen aanvallen.<ref name="auto1" />

{{Zie hoofdartikel|Bersiap|Indische Nederlanders}}

=== Onafhankelijkheidsoorlog ===
[[Bestand:Indische tentoonstelling voor de Nederlandse jeugd Weeknummer 48-25 - Open Beelden - 17260.ogv|thumb|Bioscoopjournaal uit 1948. Een rondreizende tentoonstelling stelt de jeugd van Zeeland, Brabant en Limburg in de gelegenheid kennis te maken met de cultuur van de "Overzeese Gebiedsdelen".]]
{{Zie hoofdartikel|Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog|Indische Nederlanders|Repatriëring van Indische Nederlanders}}
Nederland verzette zich tegen onvoorwaardelijke Indonesische onafhankelijkheid en stuurde militairen "om de rust te herstellen" middels "[[politionele acties]]". De moordaanslagen op de (Indische) Nederlanders, Chinezen en Hollands gezinde Indonesiërs tijdens de Bersiap werden door Nederland gebruikt om oorlog met Indonesië te rechtvaardigen. Nederlandse militairen gingen structureel en op even grote schaal, met hetzelfde extreme geweld als de Pelopor (Indonesische Vrijheidsstrijder) te werk. Dit geweld werd door de Nederlandse regering bewust aangeduid met de eufemistische term [[Indonesische Onafhankelijkheidsoorlog#Geruchtmakende affaires|excessen]].<ref>Anne-Lot Hoek, [http://www.nrc.nl/nieuws/2015/08/14/geweld-indie-was-structureel Geweld door Nederlandse militairen in Indië was structureel], NRC Handelsblad, 14 augustus 2015</ref> Vanwege internationale druk van vooral de [[Verenigde Staten]], accepteerde Nederland op 27 december 1949 de Indonesische onafhankelijkheid. Alleen de westelijke helft van [[Nederlands-Nieuw-Guinea|Nieuw-Guinea]] bleef nog tot [[1962]] Nederlands.

Het verschil van mening over de datum van ontstaan van de Republik Indonesia heeft tientallen jaren de betrekkingen tussen Nederland en Indonesië verziekt. Indonesië houdt de datum 17 augustus 1945 aan, maar Nederland hield vast aan de datum van Nederlandse erkenning: 27 december 1949. Pas in 2004 werd bij monde van minister [[Ben Bot]] van Buitenlandse Zaken het volgende gesteld: ''Ik zal met steun van het Kabinet aan de mensen in Indonesië duidelijk maken dat in Nederland het besef bestaat dat de onafhankelijkheid van de Republiek Indonesië de facto al begon op 17 augustus 1945 en dat wij - zestig jaar na dato - dit feit in politieke en morele zin ruimhartig aanvaarden.''<ref>https://web.archive.org/web/20070929033426/http://www.stgdebrug.nl/bot.html</ref> Saillant detail is dat minister Bot zelf als kind in het concentratiekamp Ambarawa de uitroeping van de Republiek Indonesia heeft meegemaakt.{{Bron?|Wat is de toegevoegde waarde van deze uitspraak überhaupt?|2023|07|25}}
[[Bestand:nederlandsch indie 1893.jpg|thumb|450px|Nederlands-Indië in 1893]]
Mede wegens het hardhandige optreden van de Nederlandse troepen tijdens de Onafhankelijkheidsoorlog heerste er in Indonesië een sterke tegenzin tegen Nederland en Nederlanders, met name in de jaren 1950. De situatie voor [[Indische Nederlanders|(Indische) Nederlanders]] bleef daarom vijandig en gevaarlijk. Indiërs die onder de Nederlanders ambtelijke functies hadden bekleed verloren hun functie en hun bezittingen werden geconfisqueerd. Op [[Indische Nederlanders]] werd grote druk uitgeoefend om te kiezen voor het Indonesisch staatsburgerschap. De betrekkingen tussen Nederland en Indonesië verslechterden echter. Soekarno verklaarde in december 1957 alle nog in Indonesië aanwezige Nederlanders (ongeveer 40.000 personen) tot staatsgevaar. Nederlandse bedrijven werden door Indonesië genationaliseerd en Sinterklaas was niet langer welkom. De anti-Nederlandse acties staan daarom ook bekend als "Zwarte Sinterklaas". Veel Indische Nederlanders die nog in Indonesië waren achtergebleven kozen alsnog voor het Nederlanderschap en [[Indische Nederlanders#Repatriëring naar Nederland|repatrieerden]] in de jaren 1950 naar Nederland. Zij werden "[[spijtoptant]]en" genoemd.

De Nederlandse aanwezigheid in Indonesië, met uitzondering van Nieuw-Guinea, kwam pas echt ten einde in december 1957, toen vanwege het conflict tussen Nederland en Indonesië over Nieuw-Guinea Nederlanders werden gedwongen uit Indonesië te vertrekken en Nederlandse bedrijven werden genationaliseerd. De Papua's, evenals de Molukkers, streefden zelf ook onafhankelijkheid na en wilden die bewerkstelligen met behulp van Nederland. Door het gewelddadig ingrijpen van Indonesië is die onafhankelijkheid er nooit gekomen.

== Overheid en bestuurlijke inrichting ==
=== Stadsgemeenten en de eerste stap richting democratie ===
Begin twintigste eeuw werden een aantal hervormingen doorgevoerd die de kolonie meer autonomie gaven. De decentralisatiewet van 1903 maakte het instellen van gemeenteraden en regentschapsraden mogelijk. Deze raden kregen het beheer en de verantwoording over de geldmiddelen van de betreffende gewesten. De leden werden gekozen uit drie bevolkingsgroepen (Nederlanders, inheemsen en uitheemsen) mits deze in voldoende aantallen aanwezig waren in het betreffende gewest. In 1918 werd een [[Volksraad (Nederlands-Indië)|Volksraad]] opgericht voor de hele kolonie. Volledig democratisch waren de instituties niet doordat de Nederlanders met de lokale aristocratie bleven samenwerken en omdat zij niet echt hun macht uit handen wilden geven.

Vanaf 1916 werd de functie van burgemeester gecreëerd, die alleen door de Gouverneur-Generaal kon worden benoemd, geschorst of ontslagen. Bij de bestuur hervormingswet van 1922 werd het ontstaan van een provincieraad binnen de nog te vormen provincies op Java mogelijk. Een regentschapsraad werd gevormd door de drie bevolkingsgroepen, waarvan een deel gekozen werd.

=== Bestuurlijke inrichting tot 1942 ===
De laatste grote bestuurlijke veranderingen vonden plaats in 1938. Het hoogste bestuurlijke niveau, de Indische Regering, besloot in dat jaar dat de buitengewesten opgedeeld werden in drie Gouvernementen (Groote Oost, Borneo, Sumatra). Java werd opgedeeld in drie provincies (West-Java, Midden-Java, Oost-Java) en twee Gouvernementen (Jokjakarta, Soerakarta). Elk van deze Gouvernementen of Provincies had een Gouverneur als hoogste burgerlijke ambtenaar.

Binnen de Gouvernementen en Provincies kan het bestuur onderverdeeld worden in Europees en Inlands Bestuur. De inrichting hiervan verschilt tussen Java en de Buitengewesten, wat een relatie heeft met het verschil tussen direct en indirect bestuurd gebied en de omvang van de te besturen gebieden. Daarnaast bestaat er nog het Bestuur over Vreemde Oosterlingen dat niet gekoppeld is aan grondgebied.

De indirect bestuurde gebieden hebben een grotere autonomie met een eigen zelfbestuur. Deze vorm is op Java terug te vinden in de Vorstenlanden (Jogjakarta, Soerakarta). De staatsrechtelijke verhouding tot de Indische Regering is per gebied met indirect bestuur vastgelegd in politieke contracten.

==== Java ====
Elke Gouverneur wordt bijgestaan door:
* Een secretaris
* Residenten
* [[Assistent-resident]]en
* Ambtenaren
{| class="wikitable"
!Bestuurslagen van hoog naar laag
!Functienaam hoogste gezagdrager
!Soort bestuur
|-
|Provincie/Gouvernement
|Gouverneur
| rowspan="2" |Europees Bestuur
|-
|Residentie (Afdeling)
|Resident
|-
|Regentschap
|Regent
| rowspan="4" |Inlands Bestuur
|-
|District
|Wedana
|-
|Onderdistrict
|Assistent-wedana
|-
|Desa
|Desahoofd
|}
Hierop zijn een aantal uitzonderingen. Het onderdistrict Duizend-eilanden dat onder het district en regentschap Batavia valt wordt beheerd door de inlandse posthouder, die rechtstreeks aan de regent rapporteert. De functienaam van de hoogste gezagdrager binnen het district Koeningan binnen het gelijknamige regentschap is Patih. Het district Karimoendjawa binnen het regentschap Japara heeft een assistent-wedana, deze rapporteert rechtstreeks aan de regent van Japara.
{| class="wikitable"
!Provincie / Gouvernement
!Residentie (afdeling)
!Oppervlakte (km²)
!Bevolking 1930
!Inwoners per km²
!Regentschappen
!Stadsgemeente
|-
|West-Java (Provincie)
|Bantam
| align="right" |8.045
| align="right" |1.028.661
| align="right" |127,8
|Serang, Lebak, Pangdeglang
|
|-
|
|Batavia
| align="right" |8.086
| align="right" |2.639.709
| align="right" |326,5
|Batavia, Meester-Cornelis, Krawang
|Batavia
|-
|
|Buitenzorg
| align="right" |11.734
| align="right" |2.212.487
| align="right" |188,6
|Buitenzorg, Soekaboemi, Tjiandoer
|Buitenzorg, Soekaboemi
|-
|
|Priangan
| align="right" |13.766
| align="right" |3.449.013
| align="right" |250,5
|Bandoeng, Soemedang, Tasikmalaja, Tjamis, Garoet
|Bandoeng
|-
|
|Cheribon
| align="right" |5.715
| align="right" |2.069.569
| align="right" |362,1
|Cheribon, Koeningan, Indramajoe, Madjalengka
|Cheribon
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |47.346
| align="right" |11.399.439
| align="right" |240,7
|
|
|-
|Midden-Java (Provincie)
|Banjoemas
| align="right" |6.404
| align="right" |2.474.413
| align="right" |386,4
|Banjoemas, Poerwokerto, Poerbolinggo, Tjilatjap, Karanganjar, Bandjarnegara
|
|-
|
|Pekalongan
| align="right" |5.636
| align="right" |2.639.844
| align="right" |468,4
|Pekalongan, Batang, Pemalang, Tegal, Brebes
|Pekalongan, Tegal
|-
|
|Kedoe
| align="right" |4.655
| align="right" |2.129.509
| align="right" |457,5
|Magelang, Wonosobo, Temanggoeng, Poerworedjo, Koetoardjo, Keboemen
|Magelang
|-
|
|Semarang
| align="right" |5.415
| align="right" |2.011.859
| align="right" |371,5
|Semarang, Kendal, Demak, Grobogan
|Semarang, Salatiga
|-
|
|Japara-Rembang
| align="right" |6.059
| align="right" |1.886.043
| align="right" |311,3
|Pati, Japara, Rembang, Blora, Koedoes
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |28.169
| align="right" |11.141.668
| align="right" |395,5
|
|
|-
|Oost-Java (Provincie)
|Bodjenegoro
| align="right" |6.824
| align="right" |1.984.368
| align="right" |290,8
|Bodjonegoro, Toeban, Grisee, Lamongan
|
|-
|
|Madioen
| align="right" |6.082
| align="right" |1.909.448
| align="right" |314,0
|Madioen, Magetan, Ngawi, Ponorogo, Patjitan
|Madioen
|-
|
|Kediri
| align="right" |7.042
| align="right" |2.470.778
| align="right" |350,9
|Kediri, Ngandjoek, Blitar, Toeloengagoeng, Trenggalek
|Kediri, Blitar
|-
|
|Soerabaja
| align="right" |3.527
| align="right" |1.904.676
| align="right" |540,0
|Soerabaja, Sidoardjo, Modjokerto, Djombang
|Soerabaja, Modjokerto
|-
|
|Malang
| align="right" |5.295
| align="right" |1.793.568
| align="right" |338,7
|Malang, Pasaroean, Bangil
|Malang, Pasaroean
|-
|
|Probolinggo
| align="right" |3.544
| align="right" |947.282
| align="right" |267,3
|Probolinggo, Kraksaän, [[Lumajang (regentschap)|Loemadjang]]
|Probolinggo
|-
|
|Besoeki
| align="right" |10.137
| align="right" |2.081.867
| align="right" |205,4
|Bondowoso, Panaroekan, Djember, Banjoewangi
|
|-
|
|Madoera
| align="right" |5.471
| align="right" |1.962.411
| align="right" |358,7
|Pamekasan, Soemenep, Bangkalan, Sampang
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |47.922
| align="right" |15.054.398
| align="right" |314,1
|
|
|-
|Soerakarta (Gouvernement)
|Soerakarta
| align="right" |4.226
| align="right" |1.613.356
| align="right" |381,8
|Soenanaatsgebied: Soerakarta, Sragen. Mangkoenegarans gebied: Wonogiri, Kota Mangkoe Negoro Soerakarta
|
|-
|
|Klaten
| align="right" |1.822
| align="right" |951.619
| align="right" |522,3
|Klaten, Bodjolali
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |6.048
| align="right" |2.564.975
| align="right" |424,1
|
|
|-
|Jogjakarta (Gouvernement)
|Djokjakarta
| align="right" |3.172
| align="right" |1.558.844
| align="right" |491,4
|Djokjakarta, Adikarto, Bantoel, Goenoengkidoel, Koelonprogo
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |3.172
| align="right" |1.558.844
| align="right" |491,4
|
|
|-
|
|'''Totaal'''
| align="right" |132.657
| align="right" |41.719.324
| align="right" |314,5
|
|
|}
Zie [[Administratieve indeling van Java (Nederlands-Indië)]] voor een volledige lijst.

==== Buitengewesten ====
In de Buitengewesten wordt de Gouverneur bijgestaan door:
* Een secretaris
* Residenten
* Assistent-residenten
* Controleurs bij het Binnenlands Bestuur
* Aspirant-controleurs bij het Binnenlands Bestuur
* Administratieve ambtenaren
* Gezaghebbers
* Hulp-gezaghebbers
* Posthouders
* Bestuursassistenten
{| class="wikitable"
!Bestuurslagen van hoog naar laag
!Functienaam hoogste gezagdrager
!Soort bestuur
|-
|Gouvernement
|Gouverneur
| rowspan="4" |Europees bestuur
|-
|Residentie
|Resident
|-
|Afdeling
|Assistent-resident
|-
|Onderafdeling
|
|-
|District
|
|Inlands Bestuur
|}
Er is duidelijk een verschil te zien tussen de bestuurslagen in de Gouvernementen in de Buitengewesten en die op Java en Madoera. In de Buitengewesten bevat het Europees Bestuur 2 extra lagen namelijk afdeling en onderafdeling. Daarnaast is er een verschil te zien in het ondersteunend personeel.
{| class="wikitable"
!Gouvernement
!Residentie
!Oppervlakte (km²)
!Bevolking 1930
!Inwoners per km²
!Afdelingen
!Stadsgemeente
|-
|Groote Oost
|Manado
| align="right" |90.597
| align="right" |1.139.251
| align="right" |12,6
|Manado, Sanghi en Talaudeilanden (rechtstreeks onder de resident), Gorontalo, Donggala, Poso
|Menado
|-
|
|Celebes en Onderhorigheden
| align="right" |98.939
| align="right" |3.087.335
| align="right" |31,2
|Makassar, Soenggoeminasa, Bonthain, Bone, Pare-Pare, Mandar, Loewoe, Boeton, Laiwoei
|Makassar
|-
|
|Bali & Lombok
| align="right" |10.546
| align="right" |1.802.146
| align="right" |170,9
|Singaradja, Zuid-Bali, Lombok
|
|-
|
|Timor en Onderhorigheden
| align="right" |63.551
| align="right" |1.656.636
| align="right" |26,1
|Timor en eilanden, Soemba, Flores, Soembawa
|
|-
|
|Molukken
| align="right" |498.455
| align="right" |893.030
| align="right" |1,8
|Amboina, Ternate
|Amboina
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |762.088
| align="right" |8.578.398
| align="right" |11,2
|
|
|-
|Borneo
|Westerafdeling van Borneo
| align="right" |147.211
| align="right" |827.898
| align="right" |5,6
|Pontianah, Singkawang, Sintang, Ketapang
|
|-
|
|Zuid- en Oosterafdeling van Borneo
| align="right" |386.627
| align="right" |1.366.635
| align="right" |3,5
|Bandjermasin, Hoeloe Soengai, Doesoenlanden, Koealakapoeas, Zuid-Oostkust van Borneo, Samarinda, Boeloengan
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |533.838
| align="right" |2.194.533
| align="right" |4,1
|
|
|-
|Sumatra
|Atjeh en Onderhorigheden
| align="right" |55.550
| align="right" |1.002.900
| align="right" |18,1
|Groot-Atjeh, Pidië, Noordkust van Atjeh, Oostkust van Atjeh, Gajo- en Alaslanden, Westkust van Atjeh
|
|-
|
|Tapanoeli
| align="right" |39.418
| align="right" |1.041.301
| align="right" |26,4
|Sibolga en Ommelanden, Nias, Padangsidimpoean, Bataklanden
|
|-
|
|Oostkust van Sumatra
| align="right" |93.500
| align="right" |1.673.623
| align="right" |17,9
|(Sultanaten) Deli (en Onderhorigheden) en Serdang, (Sultanaat) Langkat, (Sultanaat) Asahan (en enige
andere zelfbesturende landschappen), Bengakalis, Simeloengoen en de Karolanden
|Medan
|-
|
|Sumatra's Westkust
| align="right" |49.534
| align="right" |1.919.109
| align="right" |38,7
|Padang, Kerintji-Painan, Agam, L Koto, Tanahdatar, Solok
|Padang
|-
|
|Riouw en Onderhorigheden
| align="right" |32.392
| align="right" |298.329
| align="right" |9,2
|Tandjoengpinang, Indragiri
|
|-
|
|Djambi
| align="right" |44.452
| align="right" |245.342
| align="right" |5.5
|Djambi, Moearatambesi, Moearatebo, Bangko, Moearaboengo, Saroelangoen
|
|-
|
|Benkoelen
| align="right" |25.887
| align="right" |322.619
| align="right" |12,5
|Benkoelen
|
|-
|
|Palembang
| align="right" |85.918
| align="right" |1.096.555
| align="right" |12,8
|Palembangse Benedenlanden, Palembangse Bovenlanden, Ogan- en Komering-Hoeloe
|Palembang
|-
|
|Bangka en Onderhorigheden
| align="right" |16.631
| align="right" |278.842
| align="right" |16,7
|Bangka
|
|-
|
|Lampongsche Districten
| align="right" |28.268
| align="right" |359.950
| align="right" |12,7
|Teloekbetoeng
|
|-
|
|'''Subtotaal'''
| align="right" |471.550
| align="right" |8.238.570
| align="right" |17,5
|
|
|-
|
|'''Totaal'''
| align="right" |6.731.476
| align="right" |19.011.501
| align="right" |2,3
|
|
|}

=== Bestuurlijke inrichting tot 1825 ===
Het [[Nederlands-Malakka|gouvernement Malakka]] op het [[Malakka (schiereiland)|Maleisisch schiereiland]] maakte deel uit van Nederlands-Indië (1818-1825), voordat het uiteindelijk werd overgedragen aan [[Verenigd Koninkrijk van Groot-Brittannië en Ierland]] op basis van [[Verdrag van Londen (1824)]].

{| class="wikitable"
!Gouvernement
!Residentie
!Oppervlakte (km²)
!Bevolking
!Inwoners per km²
!Regentschappen
!Stadsgemeente
|-
|Malacca
|Residentie Malacca
| align="right" |1.664
| align="right" |170.810
| align="right" |102,65
|Melaka Tengah, Jasin, Alor Gajah
|[[Malakka (stad)|De stad Malakka]]
|}

== Zie ook ==
* [[Lijst van gouverneurs-generaal van Nederlands-Indië]]
* [[Geschiedenis van Indonesië]]

== Literatuur ==
* [[W.A. Terwogt]], ''Het Land van [[Jan Pieterszoon Coen]]. Geschiedenis der Nederlanders in Oost-Indië, aan het Nederlandsche Volk verhaald'', 1889, P. Geerts - Hoorn
* [[Bas Veth (schrijver)|Bas Veth]], ''Het Leven in Nederlandsch-Indië'', 1900, P.N. Kampen en Zoon - Amsterdam
* [[Wim van den Doel]], ''Het Rijk van [[Insulinde (Nederlands-Indië)|Insulinde]]. Opkomst en ondergang van een Nederlandse kolonie'', 1e druk 1996, Prometheus - Amsterdam, {{ISBN|90-5333-374-6}}
* Wim van den Doel, ''Afscheid van Indië. De val van het Nederlandse imperium in Azië'', 2000, Prometheus - Amsterdam, (2e en 3e herziene druk: 2001), {{ISBN|90-446-0044-3}} geb, {{ISBN|90-446-0043-5}} pbk
* [[J.J.P. de Jong]], ''De waaier van het fortuin. Van handelscompagnie tot koloniaal imperium. De Nederlanders in Azië en de Indonesische Archipel 1595-1950'', 1998, SDU Uitgevers - Den Haag, {{ISBN|90-12-08643-4}}
* [[Kees van Dijk (historicus)|Kees van Dijk]], ''The Netherlands Indies and the Great War, 1914-1918'', [[KITLV]] - Leiden, 2007
* [[Bart M.Rijnhout]], ''Kruisvaarders van de archipel'', Lanasta Emmen, 2010, {{ISBN|9789086160785}}
* G.F.E. Gonggryp, Geïllustreerde Encyclopaedie van Nederlandsch-Indië, 1934, NV Leidsche Uitgeversmaatschappij
* W.F. Schoel, Alphabetisch register van de administratieve (bestuurs-) en adatrechtelijke indeeling van Nederlandsch-Indië, Deel I Java en Madoera, 1931, Landsdrukkerij Batavia
* Robert Cribb, Historical Atlas of Indonesia, 2000, Curzon
* W. van Gelder en C. Lekkerkerker, Schoolatlas van Nederlandsch Indië, 1933, J.B. Wolters Uitgeversmaatschappij.
* Doris Jedamski & Rik Honings, ''Travelling thed Dutch East Indies'', Hilversum, Verloren, 2023.
* David Van Reybrouck, ''Revolusi - Indonesië en het ontstaan van de moderne wereld.'' De Bezige Bij, Amsterdam. {{ISBN|9789403183404}}

== Externe links ==
* [https://geheugen.delpher.nl/?/nl/collecties/nederlands-indie_in_fotos,_1860-1940 ''Nederlands-Indië in foto's, 1860-1940'' op Het Geheugen van Nederland]
* ''[http://www.afscheidvanindie.nl/ Het project Afscheid van Indië, van het Nationaal Archief]'' Online images van archiefstukken over Nederlands-Indië (periode 1940-1950) uit Nederlandse, Britse, Amerikaanse en Australische archieven.
* [https://web.archive.org/web/20120627085211/http://indofilm.awardspace.com/ Het Indisch Filmarchief (INFA)], verzamelt, conserveert en bestudeert filmmateriaal uit voormalig Nederlands-Indië en Nederlands-Nieuw-Guinea. (gearchiveerd)

{{Appendix}}
{{Navigatie koloniën Republiek der Verenigde Nederlanden}}
{{Navigatie koloniën Koninkrijk der Nederlanden}}

[[Categorie:Nederlands-Indië| ]]
[[Categorie:Nederlands-Indië| ]]
hoi ennio

Versie van 14 nov 2023 11:32

hoi ennio