Metusalem

Voor de gelijknamige boom, zie Metusalem (boom)
Voor de exoplaneet, zie PSR B1620-26 b

Met(h)usalem of Mat(h)usalem, ook wel aangeduid als Methusalach of Metuselach (Hebreeuws: מתושלח-Metoeshelach) zou volgens de (Hebreeuwse) Bijbel 969 jaar oud zijn geworden en daarmee de oudste persoon aller tijden zijn. In dit boek wordt hij beschouwd als een van de aartsvaders.

Metusalem is de zoon van Henoch die 365 jaar oud zou zijn geworden en Metusalem op zijn 65e verwekte. Metusalem is op zijn beurt de vader van Lamech die hij op zijn 187e kreeg. Lamech zelf zou 777 jaar oud zijn geworden.

Metusalem was de zevende generatie na Adam en Eva. Hij werd geboren in het 687e jaar van Adams leven en werd vader van Lamech in het 874e jaar van Adams leven, 56 jaar voor diens dood (zie Genesis 5:22-27).

Volgens de Septuagint, de Griekse vertaling van het Oude Testament, werd Metusalem 'slechts' 782 jaar oud, waarmee Adam met 930 jaar de oudste zou zijn. Volgens de Tenach, de joods-Hebreeuwse oorspronkelijke tekst van het Oude Testament, zijn die 782 jaren echter Metusalems levensjaren na de geboorte van zijn zoon Lamech waarmee men de volgende generatie van de mensheid zou hebben willen aanduiden.

In oude Arabische geschriften wordt over deze zoon van Henoch geschreven als de legendarische koning Kaju Marath die de koning van de aarde wordt genoemd. Deze Marath had alle kennis van de ware God uit de boeken van de profeet Idris (Henoch) gehaald. Aan de hand van de Bijbel valt echter wel uit te rekenen dat Metusalem stierf in het jaar dat de zondvloed plaatsvond. Hij zou er dus vlak voor kunnen overleden zijn, maar evengoed in de zondvloed. In het laatste geval zou hij dus niet erg naar Gods wil geleefd hebben ondanks zijn kennis uit de boeken van Idris, aangezien hij niet gered wordt van de beschreven zondvloed en zijn kleinzoon, Noach, met zijn familie wel. Sommigen stellen echter dat Metusalem inderdaad voor de zondvloed stierf, of eigenlijk, dat de zondvloed zou komen zodra Metusalem zou sterven. Hier wordt als reden voor gegeven dat Henoch bewust of niet, zijn zoon profetisch de naam Metusalem of Metusalach gaf wat te vertalen is als 'zijn dood zal brengen'.

In Genesis 2:17 zegt God dat de mens zal sterven op de dag dat hij van de boom van de kennis van goed en kwaad eet. Het boek der Jubileeën legt uit dat een dag voor God niet minder is dan duizend jaar. Bedoeld wordt dus dat de mens niet ouder dan duizend jaar zal worden. Inderdaad worden de meeste oudvaders ouder dan 900 jaar, maar niet ouder dan duizend.

Kritiek

Bijbeluitleggers die vasthouden aan een letterlijke opvatting van de (Hebreeuwse) Bijbel zijn van mening dat Metusalem en zijn tijdgenoten inderdaad echt zo oud werden. Zij zoeken de verklaring hiervan in de gunstige levensomstandigheden zo vlak na de veronderstelde zondeval en voordat de zondvloed zich zou hebben voorgedaan. Inderdaad worden de leeftijden in de Bijbel na de zondvloed snel minder.

Volgens een andere verklaring zou dit hoge aantal jaren zijn veroorzaakt door het verwisselen van de zon- en maan-cycli; indien men hiervoor zou corrigeren zou Metusalem maar 78 jaar zijn geworden. Deze verklaring laat echter wel ruimte over voor twijfel, het zou namelijk ook betekenen dat Henoch niet 65, maar 5 jaar oud zou zijn toen hij Metusalem verwekte.

Volgens de bijbel (Genesis 6:3) stelt God, ten tijde van de bouw van Noachs ark, zelf een limiet aan de levensduur van de mens.

Gezegde

Van deze persoon is het Nederlandse gezegde "Zo oud als Metusalem" afgeleid. Daarmee bedoelt men iemand die naar eigentijdse maatstaven heel oud is.

Champagne

Ook in de wijnwereld komt Methusalem voor. De 6-litermaat van de champagnefles is vernoemd naar Methusalem (dat is de inhoud van 8 flessen à 0,75 cl.).

Externe links