Lucide droom

Een lucide droom is een droom waarbij de dromer zich bewust is van het feit dat hij droomt. Het begrip is geïntroduceerd door de Nederlandse psychiater en schrijver Frederik van Eeden in een artikel voor het tijdschrift Proceedings of the Society for Psychical Research (SPR) (volume 26, 1913) getiteld A Study of Dreams. Met 'lucide' verwees hij naar de heldere staat waarin de dromer zich bevindt.

Achtergrond

Luciditeit begint meestal midden in een gewone droom als de dromer zich ineens realiseert dat zijn ervaringen niet echt zijn, meestal nadat er iets onmogelijks of ongebruikelijks gebeurt (vliegen bijvoorbeeld). Sommige mensen worden lucide zonder duidelijke aanwijzing. De mate van luciditeit kan variëren. Bij een hoge mate van luciditeit heeft de dromer in de gaten dat de gebeurtenissen zich in zijn hoofd afspelen, dat er geen echt gevaar dreigt, dat hij in werkelijkheid in bed ligt en ieder moment wakker kan worden. Bij een lage mate van luciditeit is de dromer zich bewust genoeg om de gebeurtenissen te sturen, maar onvoldoende om zich te realiseren dat ze niet echt zijn. Lucide dromers beschrijven hun dromen vaak als spannend, kleurrijk en fantastisch. Sommigen beschouwen het als een spirituele ervaring en beweren dat het hun leven en hun visie op de wereld heeft veranderd. Lucide dromen blijven de dromer beter bij dan andere soorten dromen, zelfs beter dan nachtmerries. Stephen LaBerge, een bekende onderzoeker van lucide dromen, heeft mensen die doelbewust lucide dromen nastreven 'oneironauten' genoemd (droomreizigers). Ofschoon hij zich voorstaat dat hij degene is die voor het eerst met het fysiologische bewijs kwam van lucide dromen, strookt dit niet met de werkelijkheid. De Engelse onderzoeker Keith Hearne deed het namelijk eerder, doch diens bevindingen bleven hangen binnen een besloten netwerk. In 1981 publiceerde LaBerge een studie waaruit bleek dat mensen tijdens hun droom via oogsignalen aan konden geven dat ze lucide waren. De oogsignalen en hersengolven werden via elektrodes geregistreerd, en sindsdien is lucide dromen een wetenschappelijk geaccepteerd verschijnsel.

Er zijn veel onduidelijkheden over lucide dromen, net zoals er over het normale droomproces ook nog veel vragen onbeantwoord zijn. Vanwege het gebrek aan kennis over dit onderwerp, is het moeilijk te bepalen of lucide dromen al dan niet de positieve werking van dromen tegengaan. Er zijn geen gevallen bekend waarbij het lucide dromen gezorgd heeft voor psychische stoornissen. Het is immers vrijwel onmogelijk om alleen maar lucide dromen te hebben, en ook wanneer men op regelmatige basis lucide dromen heeft, blijft het grootste deel van de dromen doorgaans non-lucide.

Het krijgen en herkennen van lucide dromen

Velen zeggen in hun kindertijd lucide dromen gehad te hebben. Deze dromen zijn echter moeilijk bewust op te roepen. Om dit te vergemakkelijken, hebben enkele universiteiten en Stephen Laberge een aantal verschillende technieken ontwikkeld.

Het is in eerste instantie belangrijk je dromen te herinneren, anders weet je niet of je al dan niet een lucide droom gehad hebt. Een goede manier om de droomherinnering te verbeteren, is het bijhouden van een dromenboek: een boek waarin men zo veel mogelijk dromen of delen ervan noteert. Het is belangrijk om dit boek naast het bed te laten liggen, omdat de herinnering meestal snel weer verdwijnt na het wakker worden. Het helpt om na het ontwaken even de ogen te sluiten, stil te blijven liggen en zo veel mogelijk droomherinneringen naar boven te halen.

Bekende technieken

Realiteitstesten

Het belangrijkste aspect van lucide dromen is het beseffen dat men droomt. Daarom helpt het om bij het zien van een droomteken een realiteitstest uit te voeren. Droomtekens zijn aanwijzingen dat men aan het dromen is, waarbij het meestal gaat om situaties die in werkelijkheid onmogelijk zijn. Deze droomtekens worden vaak in vier categorieën ingedeeld:

  • Actie - De dromer, een droompersonage of een droomobject doet iets dat onmogelijk is, bijvoorbeeld vliegen.
  • Vorm - Iets of iemand ziet er vreemd uit, of verandert plotseling van vorm.
  • Context - De plaats of de situatie is vreemd.
  • Bewustzijn - Een vreemde gedachte of emotie, een vreemd gevoel of een ongewone manier van waarnemen.

Hoewel deze situaties vaak absurd zijn, beseft men meestal niet dat men droomt. Het logische redeneringsvermogen werkt tijdens een droom immers minder sterk dan wanneer men wakker is. Om deze droomtekens toch op te merken, kan men realiteitstesten uitvoeren. Dit is een veelgebruikte, gemakkelijke techniek, waarbij men een bepaalde actie uitvoert waaraan men kan merken of men al dan niet droomt. Een aantal voorbeelden van veelgebruikte realiteitstesten, zijn de volgende:

  • Kijk naar een horloge. Bedek het horloge en kijk daarna nogmaals hoe laat het is. Vaak zal de klok vreemde dingen vertonen, andere tijd bijvoorbeeld, omdat men wacht op informatie (dat is men gewend van een klok) in plaats van dat men de droom zelf invult. De klok kan geen informatie geven, omdat de klok niet bestaat.
  • Ook teksten zijn meestal onstabiel: vaak bewegen de letters en als je ze probeert te lezen, lukt dat meestal niet of moeizaam.
  • Schakel het licht aan en uit. In een droom zal het meestal nauwelijks lichter of donkerder worden.
  • Teken een "X" op je hand. Geen "X" → Droom!
  • Probeer te zweven of te vliegen.
  • Doe je mond dicht en knijp je neus dicht en probeer dan te ademen. In een droom zal dit gewoon lukken.
  • Begin met lopen, je zult niet moe worden.
  • Loop door een muur of steek er een hand doorheen.
  • Kijk in een spiegel. Spiegels in dromen geven niet precies jouw spiegelbeeld weer.
  • Kijk naar je handen. In dromen heb je vaak meer vingers, zijn je handen vervormd of kan je er doorheen kijken. Een vinger er doorheen steken volstaat ook.
  • Vraag jezelf af wat je tien minuten geleden deed. Als je je dat kan bedenken en het logisch is, weet je dat je niet droomt. In je dromen verspringt de tijd vaak en is tijd onlogisch.

De theorie achter deze dingen is dat als je gedurende de dag regelmatig realiteitstesten doet, je dit automatisch ook in je droom zult doen waardoor je lucide wordt omdat je beseft dat er iets niet klopt.

Behalve op absurde situaties, kun je ook letten op persoonlijke droomtekens: objecten, dieren of personen die opvallend vaak voorkomen in je dromen. Je kunt die terugkerende thema’s ontdekken door een dromenboek bij te houden. Als je zo’n persoonlijk droomteken opmerkt, kan je ook een realiteitstest uitvoeren.

Droomverlenging

Eén van de problemen die voorkomen bij mensen die lucide dromen willen ervaren, is het vroegtijdig ontwaken en dus het eindigen van de droom. Dit kan frustrerend zijn, zeker nadat ze tijd gestoken hebben in het lucide worden. Stephen LaBerge stelde twee manieren voor om een lucide droom verlengen: ronddraaien en in de handen wrijven. Dit moet worden uitgevoerd tijdens een lucide droom, als het gevoel komt dat de droom wegebt. Volgens hem is het mogelijk om, door rond de as te draaien, delen van de hersenen te gebruiken die mogelijk ook gebruikt worden bij REM-activiteit. Hierdoor zou de remslaap, en dus de droom, verlengd worden. Een tweede techniek is in de handen wrijven. Door dit te doen, worden de hersenen geprikkeld om een gevoel van het wrijven te geven. Hierdoor zou het gevoel van in bed liggen wegblijven, zodat het bewustzijn niet terugkomt. Deze hypothese is getest door LaBerge op 34 vrijwilligers, die elk ofwel ronddraaiden, in hun handen wreven, of niets deden. Uit de resultaten blijkt dat 90% van de lucide dromen verlengd werden door in de handen wrijven, en 96% door rond te draaien. Slechts 33% van de lucide dromen werd verlengd door niets te doen[1].

Eens dat de fase van een lucide droom bereikt is, treedt de volgende moeilijkheid op. De dromer kan te enthousiast zijn over het feit dat hij lucide is en daardoor niet meer lucide worden. Daarom is het belangrijk dat de dromer zich onmiddellijk ontspant. Er bestaan veel verschillende manieren om lucide te blijven, maar in het algemeen komt het er op neer dat de dromer zich moet concentreren op zijn lucide droom. Dit kan bijvoorbeeld door iets vast te nemen, of door te letten op de omgeving van de droom. Wat ook werkt, is het luid en duidelijk roepen van iets als “BLIJF LUCIDE” tijdens de droom. Vaak zijn mensen terughoudend om dit te doen, maar het heeft een sterk stabiliserend effect op de droom en zijn levendigheid. De bekende auteur Carlos Castaneda stelt voor om de tong tegen het gehemelte te duwen, wat de levendigheid van de droom sterk zou verbeteren[2].

Mnemonische inductie van lucide dromen (MILD)

Bij deze techniek neemt de dromer voor het slapen gaan een beeld in gedachten waarover hij wenst te dromen. Hij probeert in slaap te vallen met die gedachte in het hoofd en met de intentie om droomtekens te herkennen.

Wakkere inductie van lucide dromen (WILD)

Deze techniek wordt vaak gebruikt door gevorderde lucide dromers. Het is lastig om onder de knie te krijgen, maar als het lukt, is de kans op een lucide droom zeer groot. Bij de WILD-techniek gaat de dromer rechtstreeks van de wakkere staat naar de droomstaat. Tussen het in slaap vallen en het dromen zit de hypnagogische staat. Als de dromer tijdens deze staat bewust kan blijven, kan hij daarna bewust een droom beginnen. Deze techniek is het makkelijkst uit te voeren als je een kwartiertje wakker bent geweest na enkele uren geslapen te hebben of voor een middagdutje. Bij deze techniek probeert de dromer vaak bewust te blijven door zich ergens op te concentreren (tellen, zich voorstellen dat men de trap af loopt, etc.). Tijdens de overgang naar het slapen, is er een goede kans dat de dromer in een toestand van slaapverlamming komt.

Het belangrijkste is dat de dromer tijdens het voorstellen geen details achterwege laat. Juist door de gedetailleerde beelden lijkt de voorstelling zeer werkelijk en kan gefocust worden op de droom wat de kans op een lucide droom groter maakt.

Andere zaken die geassocieerd zijn met lucide dromen

  • Vals ontwaken: tijdens een vals ontwaken droomt men dat men wakker wordt. Als de dromer lucide was, vergeet hij dit vaak omdat hij denkt dat hij wakker is. Hierdoor wordt vals ontwaken vaak als een probleem gezien door lucide dromers.
  • Remslaap: de remslaap (Rapid Eye Movement) is de slaapperiode waarin men droomt. Dit wordt zo genoemd omdat tijdens het dromen je ogen snel heen en weer bewegen. Op deze manier kan men met de ogen ook signalen uit de droom doorgeven aan de echte wereld. Op basis hiervan is het lucide dromen wetenschappelijk bewezen en is men ook tot andere conclusies gekomen. Zo heeft men onder meer ontdekt dat gebeurtenissen in een droom net zo lang duren als in het echt, in plaats van korter, zoals vaak gedacht werd.
  • Slaapverlamming: tijdens de droomslaap is het complete lichaam verlamd, met uitzondering van de ogen en de organen die gekoppeld zijn aan het autonoom zenuwstelsel. Dit systeem zorgt er voor dat je je dromen niet in het echt uitvoert. Slaapwandelen vindt dan ook plaats in de diepe slaap waarin nauwelijks tot nooit gedroomd wordt en waarin het lichaam dus niet verlamd is. Deze verlamming kan echter uitzonderlijk ook plaatsvinden wanneer men wakker is, doorgaans net voordat men in slaap valt of wanneer men net wakker geworden is. In dit geval voelt men zich verlamd op het bed liggen. Dit gaat vaak gepaard met hallucinaties (droombeelden en -geluiden) die te zien zijn in de echte kamer. Dit kan beangstigend zijn, maar duurt maar kort.
  • Droomyoga: Tibetaanse methode waarbij lucide dromen gebruikt worden als methode om tot verlichting (boeddhisme) te komen. Zie ook: Tussenstaat van de droomtoestand. Vergelijk de alchemie van de droom bij de soefi.

Boeken

  • Oversteken (2009) ISBN 90-2255-224-1 door Judith Visser (fictie)
  • Bewust willen dromen (1988) ISBN 90-6010-664-4 door P. Tholey/ K. Utrecht. Vert. van Schöpferish traümen (1987)
  • De Kunst van het Lucide Dromen; een handleiding (1990) ISBN 90-6120-817-3 door Carolus M. den Blanken.
  • Exploring the World of Lucid Dreaming (1991) ISBN 0-34-537410-X door Stephen LaBerge
  • Bewust Dromen; Gids voor de reiziger tussen waken en slapen (1995) ISBN 90-389-02905 door Malcolm Godwin. Vert. van The Lucid Dreamer (1994)
  • Dromenboek van Frederik van Eeden (1978) uitgegeven door Dick Schlüter.
  • Dromen: Praktische Observaties door Marquis d’Hervey de Saint-Denys (1867/2010) E-Book.
  • "Helder Dromen" (2006) ISBN 90-225-4391-9 door Pamela Ball (non-fictie) (vertaling)

Film

In de film Dreamscape (1984) kan Alex Gardner (gespeeld door Dennis Quaid) indringen in andermans dromen. Hij wordt door een onderzoeksteam ingeschakeld om personen, die regelmatig nachtmerries hebben, te helpen.

De filosofische film Waking Life (2001) van Richard Linklater, handelt over lucide dromen. Het hoofdpersonage verzeilt in zijn eigen dromen en filosofeert met de droompersonages die hij ontmoet over het doel en de betekenis van het leven en het universum. Ook praat hij over het verschijnsel van de 'lucide dromen'.

Ook in de film Vanilla Sky (2001) ( de Amerikaanse versie van Abre Los Ojos)met Tom Cruise, Cameron Diaz en Penélope Cruz, gaat het over lucide dromen. De protagonist ontdekt op het einde dat al zijn voorgaande acties slechts gedroomd waren. Hier speelt men met het feit dat een lucide droom kan uitdraaien tot een ware nachtmerrie.

In de actiefilm Inception (2010) met Leonardo DiCaprio, Ken Watanabe en Ellen Page, spelen lucide dromen een grote rol. In de film kan men namelijk door middel van een bepaalde, niet bestaande techniek in iemands dromen dringen, om kennis of ideeën uit het brein te stelen. In een scène ontdekt het personage van Ellen Page dat ze op dat moment aan het dromen is. Dit beseffende, is ze benieuwd naar of het mogelijk is om de natuurwetten te tarten, en vouwt ze een volledige winkelstraat dubbel met haar gedachten. Deze indrukwekkende scène vormt een goed voorbeeld van waar men daadwerkelijk toe in staat is tijdens lucide dromen.

Voetnoten

  1. Stephen LaBerge (1995). Prolonging Lucid Dreams. NightLight 7 (3-4) (The Lucidity Institute).
  2. Carlos Castaneda, "The Art of Dreaming"