Bernhard van Lippe-Biesterfeld: verschil tussen versies

Verwijderde inhoud Toegevoegde inhoud
→‎Huwelijk: Verwijderen roddelnieuwtjes (die niet encyclopedisch en bovendien POV zijn)
Versie 41808085 van RJB (overleg) ongedaan gemaakt. zie mijn reactie op de verwijderingpagina, zulle we even wachten wat de gemeenschap hiervan vindt. Ligt niet zo simpel. Graag Montivatie op overlegpagina
Regel 82: Regel 82:
* [[Alicia de Bielefeld]] (21 juni 1952) bij een Duitse pilote
* [[Alicia de Bielefeld]] (21 juni 1952) bij een Duitse pilote
* [[Alexia Grinda]] (10 juli 1967) bij zijn Parijse [[maîtresse]] [[Hélène Grinda]]
* [[Alexia Grinda]] (10 juli 1967) bij zijn Parijse [[maîtresse]] [[Hélène Grinda]]

Het huwelijksleven van Bernhard en Juliana verliep immers niet vlekkeloos. Bernhard kreeg niet alleen twee buitenechtelijke kinderen bij evenveel vrouwen, maar heeft er daarnaast nog meer vriendinnen op nagehouden.<ref>In augustus 2011 beweerde [[Mildred Zijlstra]], geboren 1946, dat zij zijn derde buitenechtelijke dochter is. (Bron: [http://nos.nl/koningshuis/artikel/266734-vermeende-dochter-bernhard-ontmoette-hem-nooit.html Vermeende dochter Bernhard ontmoette hem nooit], ''NOS Journaal'', geraadpleegd 24 augustus 2011)</ref>


=== De prins tijdens de Tweede Wereldoorlog ===
=== De prins tijdens de Tweede Wereldoorlog ===

Versie van 2 aug 2014 21:28

Bernhard van Lippe-Biesterfeld
1911–2004
Prins Bernhard der Nederlanden in 1942
Prins-gemaal van Nederland
Periode 19481980
Voorganger Hendrik van Mecklenburg-Schwerin
Opvolger Claus van Amsberg
Geboren Jena
Vader Bernhard zur Lippe
Moeder Armgard von Sierstorpff-Cramm
Partner Juliana der Nederlanden
Kinderen Beatrix (1938), Irene (1939), Margriet (1943), Christina (1947), Alicia (1952) en Alexia (1967)
Website

Bernhard Leopold Frederik Everhard Julius Coert Karel Godfried Pieter, Prins der Nederlanden, Prins van Lippe-Biesterfeld, geboren als Bernhard Friedrich Eberhard Leopold Julius Kurt Carl Gottfried Peter Graf von Biesterfeld (Jena, 28 of 29 juni 1911Utrecht, 1 december 2004), was de prins-gemaal van koningin Juliana der Nederlanden en vader van onder anderen Beatrix, de voormalig koningin der Nederlanden. Zijn roepnaam was Bernilo.

Levensloop

Geboorteakte

Bernhard werd geboren in het groothertogdom Saksen-Weimar-Eisenach. Volgens zijn geboorteakte was dat op 28 juni 1911 om 02.45 uur. Bernhards moeder heeft altijd aangegeven dat dit een foutieve vermelding was. Hij vierde zijn hele leven zijn verjaardag op 29 juni, de datum die in zijn naturalisatie- en trouwakte staat. Er is geen officieel bewijs dat 29 juni correct is.[1][2]

Zijn titel en achternaam waren op de geboorteakte ingevuld bij zijn voornamen, iets dat niet geoorloofd was. Op 27 oktober 1911 werd een en ander aangepast. Diezelfde dag werd ook de volgorde van zijn voornamen gewijzigd. Die van Leopold schoof twee plaatsen naar links op, zodat hij opgroeide als Bernhard Leopold Friedrich Eberhard Julius Kurt Carl Gottfried Peter Graf von Biesterfeld.[1]

Jeugd in Duitsland

Hij was de zoon van prins Bernhard zur Lippe (1872-1934), een jongere broer van de laatste regerende vorst van Lippe, en Armgard von Cramm (1883-1971). Zijn peetoom was graaf Maciej Mielżyński, een Poolse officier uit het Pruisische leger.[3][4]

Bernhard had één jongere broer, Aschwin (1914-1988). Hun ouders hadden een morganatisch huwelijk.[5] Daarom kreeg Bernhard bij zijn geboorte de naam van zijn moeder en werd "Graf von Biesterfeld". Op 24 februari 1916 verhief de Vorst, Bernhards moeder en haar twee zonen tot Prinz(essin) zur Lippe-Biesterfeld. Daarbij werd door de vorst bepaald dat de zonen opvolgingsrechten kregen op de troon van Lippe, weliswaar na alle leden van de hoofdtak van het Huis, maar voor de leden van de zijtak Lippe-Weissenfeld. Daarmee creëerde hij een nieuwe zijtak van het Lippische Vorstenhuis.[6][7] [8] Door de gebeurtenissen in November 1918 had deze “promotie” in het dagelijkse leven geen betekenis. Van belang is de “promotie” alleen omdat Wilhelmina op zoek was naar een prins uit een tot aan de WO 1 regerend geslacht. In eerste instantie werd hij bij de zoektocht over het hoofd gezien. Maar door de vorstelijke zegen aan het huwelijk van zijn ouders, kwam Bernard als huwelijkskandidaat voor Juliana in aanmerking. [9][10]

De jeugdjaren bracht hij door op het ouderlijk landgoed Reckenwalde, nabij de stad Bomst in de provincie Posen, later Grensmark Posen-West-Pruisen.

Na enkele jaren privélessen doorliep Bernhard de kostschool te Züllichau, waarna hij naar het gymnasium te Berlijn ging, waar hij in 1929 zijn diploma behaalde. Bernhard studeerde rechten aan de handelshogeschool in Lausanne, de universiteit in München en aan de toenmalige Friedrich-Wilhelm Universiteit in Berlijn, nu de Humboldtuniversiteit. In Berlijn verkreeg hij in 1935 de titel van Referendar Juris, in Nederland vergelijkbaar met die van doctorandus. Vervolgens ging hij werken bij het Duitse chemiebedrijf IG Farben, waar hij als stagiaire bij de Parijse vestiging brieven moest nalezen op tikfouten en enveloppen moest dichtplakken.[11] Hij behield die functie tot aan de dag van zijn verloving met prinses Juliana op 8 september 1936.

Bernhard en het nationaalsocialisme

Bernhard was als student aan de Friedrich-Wilhelm Universiteit in de herfst van 1932 lid geworden van de Deutsche Studentenschaft, die een nationaalsocialistisch karakter had. Zijn door hem ondertekende lidmaatschapskaart is bewaard gebleven. De kaart is aangevuld met gegevens over zijn lidmaatschappen bij de Nationaalsocialistische Duitse Arbeiderspartij (NSDAP), Sturmabteilung (SA), de Deutsche Luftsport Verband en de tennisclub van de eveneens nationaalsocialistische corpsvereniging Borussia. Toen hij zich in december 1934 uitschreef als student, werd hij ook geschrapt uit de ledenlijst van de studentenvereniging.[12]

Zijn NSDAP-lidmaatschap heeft de prins altijd ontkend.[13] Nadat in 1996 RIOD-medewerker Gerard Aalders en historicus Coen Hilbrink bewijs voor zijn NSDAP-lidmaatschap presenteerden,[14] bleef hij volhouden zich nooit als lid te hebben aangemeld. Uit de ledenadministratie blijkt dat zijn contributie nauwgezet betaald werd.

Wel heeft hij aangegeven dat hij aspirant-lid is geweest van de SA en/of de paramilitaire Schutzstaffel (SS). Volgens hem had hij zich om opportunistische redenen aangemeld. Door zijn lidmaatschap zou hij als student zijn vrijgesteld van het afleggen van een politiek examen, maar zoiets bestond toen niet.[15]

Af en toe moest de prins (in uniform) op wacht staan, zoals rond 1 juni 1934 tijdens de Nacht van de Lange Messen. Dat hij dat ook deed op 1 april 1933 bij de start van de Jodenboycot, omdat de SS en de SA destijds werden gemobiliseerd, leek de prins terugkijkend in 1956 uitgesloten.[16]

Verloving

Standaard van prins Bernhard

Bernhard heeft prinses Juliana in februari 1936 voor het eerst ontmoet tijdens de Olympische Winterspelen in het Duitse Garmisch-Partenkirchen. De ontmoeting was gearrangeerd. De verloving was op 8 september 1936. Op 4 november 1936 kreeg Bernhard het Nederlands staatsburgerschap en op 4 december 1936 kwam de benoeming tot luitenant-ter-zee der eerste klasse à la suite bij de Koninklijke Marine en ritmeester à la suite bij de Koninklijke Landmacht. Tevens werd hem de titulaire rang verleend van ritmeester bij het Koninklijk Nederlandsch-Indisch Leger.[17]

Bernhards twee brieven aan Hitler

De Duitse propagandapers verweet hem dat hij op 23 december 1936 niet had ingegrepen toen in Den Haag tijdens een voetbalwedstrijd tussen een Nederlands en een Duits clubteam geen Duitse hakenkruisvlaggen getoond mochten worden en het Duitse volkslied niet gezongen werd. Paspoorten van Duitse gasten die aanwezig zouden zijn op zijn huwelijksdag op 7 januari 1937 werden door de Duitse overheid in beslag genomen en Duitse familieleden met nazi-sympathieën wilden op eigen initiatief van de bruiloft wegblijven.

Bernhard was niet bij de voetbalwedstrijd aanwezig geweest en verstuurde op 1 januari 1937 via de diplomatieke post een verzegelde brief aan Adolf Hitler. Hierin schreef hij dat hij in Duitsland ten onrechte als een "soort landverrader" werd neergezet. Wat er in Duitsland over de bewuste voetbalwedstrijd geschreven werd, berustte volgens Bernhard op een misverstand: de vlag zou alsnog zijn gehesen nadat de Duitse voetballers bezwaar hadden gemaakt. De brief eindigt met de woorden: "Met uitdrukking van mijn oprechte verering en de hartelijkste en beste wensen voor de rijkskanselier." Was getekend: "Ihr sehr ergebener Bernhard Prinz Zur Lippe-Biesterfeld."[18]

Om ervoor te zorgen dat de brief snel door Hitler gelezen werd, belde Bernhard hem door. Het antwoord kreeg hij door een medewerker van Hitler doorgebeld. Het speet de Führer dat de prins er persoonlijk bij betrokken was geraakt, maar hij moest aan de andere kant niet vergeten dat een belediging van Duitse symbolen niet kon worden getolereerd.[19] De rel leek voorbij, maar het gaat opnieuw mis als er een ANP-bericht uitkomt, waarin staat: 'Omdat de prins het Nederlands staatsburgerschap verworven heeft, zich ook Hollands voelt, is bij alle gelegenheden uitsluitend het Nederlandse volkslied te spelen.' Ten onrechte wordt gesteld dat prins Bernhard de gepubliceerde verklaring heeft opgesteld.[19]

Bernhard voelt zich gedwongen twee dagen later een tweede brief aan Hitler te schrijven. Deze keer verstuurt hij hem met de diplomatieke post naar Berlijn. De volgende dag komt het schrijven al aan. De inhoud is geheim gebleven.[20] De Nederlandse regering steunde Bernhard en verklaarde dat het ANP-bericht niet uit zijn naam verschenen was. Bernhard zelf ontvangt de Duitse pers en verklaart dat hij altijd met liefde aan zijn vaderland denkt en dat hij het afkeurt dat Duitse symbolen worden besmeurd. Hitler besluit daarop om de in beslag genomen paspoorten terug te geven.[19] Ook de uitgenodigde familieleden komen alsnog naar de bruiloft.

Op de avond voor het huwelijk was er een galaconcert. Vanwege het officiële karakter werden als gevolg van de Duitse druk de volksliederen van beide landen gespeeld. Het Horst-Wessel-Lied was door de nazi's aan het Duitse volkslied toegevoegd.[21][22] Van dit moment is een foto bewaard gebleven waarop te zien is dat de Duitse aanwezigen de Hitlergroet brachten, maar de prins niet.[23]

Huwelijk

Monogram van prins Bernhard

Het huwelijk vond op 7 januari 1937 plaats in Den Haag. Bernhard kreeg bij Koninklijk Besluit van 6 januari 1937 de titel Prins der Nederlanden met het predicaat Koninklijke Hoogheid. Bij het verkrijgen van het Nederlanderschap werden de meeste van zijn negen voornamen vernederlandst en werd zijn achternaam veranderd van zur Lippe-Biesterfeld in van Lippe-Biesterfeld.

Bernhard dwong als een van de huwelijksvoorwaarden af dat hij een vaste jaarlijkse toelage zou krijgen. Zijn voorganger, de inmiddels overleden prins Hendrik van Mecklenburg-Schwerin, had die nooit ontvangen en had zich om die reden vaak in financiële problemen bevonden. Bernhard wilde dat laatste voorkomen. Het huwelijk maakte meteen een einde aan de grote financiële problemen van zijn familie. Zijn vader was kort ervoor overleden, zijn ouderlijk huis was in zeer slechte staat en er waren grote hypotheekschulden. Naast zijn toelage kreeg hij van Wilhelmina een bedrag van 200.000 gulden om de noodzakelijke herstelwerkzaamheden van zijn ouderlijk huis te financieren. Van zijn schoonmoeder kreeg hij als huwelijksgeschenk een Maybach Zeppelin met een Erdmann & Rossi carrosserie, een luxe auto van ongeveer 20.000 gulden.[24][25] In 1939 werd hij door Wilhelmina benoemd tot haar adjudant.

Prins Bernhard en prinses Juliana kregen vier kinderen, allen dochters:

  • Beatrix (31 januari 1938)
  • Irene (5 augustus 1939)
  • Margriet (19 januari 1943)
  • Marijke (18 februari 1947), die later haar tweede voornaam Christina als roepnaam koos.

Op 30 april 1987 vierden zij hun 50-jarig huwelijksjubileum met een groot defilé op paleis Soestdijk.

Bernhard heeft samen met Juliana de geboorte van vier achterkleindochters en één achterkleinzoon meegemaakt, onder wie de tegenwoordige kroonprinses Amalia, en na het overlijden van Juliana nog twee achterkleinzoons, allen van Beatrix en Margriet. Hun andere achterkleinkinderen werden pas geboren nadat Juliana en Bernhard beiden waren overleden.

Daarnaast verwekte Bernhard volgens eigen zeggen twee buitenechtelijke kinderen, beiden eveneens dochters:

Het huwelijksleven van Bernhard en Juliana verliep immers niet vlekkeloos. Bernhard kreeg niet alleen twee buitenechtelijke kinderen bij evenveel vrouwen, maar heeft er daarnaast nog meer vriendinnen op nagehouden.[26]

De prins tijdens de Tweede Wereldoorlog

Op 10 mei viel Duitsland Nederland binnen. De prins vluchtte enkele dagen later met zijn gezin over zee naar Londen, maar al snel keerde Bernhard voor korte tijd terug naar het nog niet bezette Zeeland. Vervolgens maakte hij een tot nu toe onopgehelderde reis naar het eveneens nog niet door de Duitsers veroverde Parijs.

Terug in Engeland, dat al sinds 1939 in oorlog met Duitsland was, bood Bernhard zijn diensten aan bij de Britse geheime dienst,[27] maar werd wegens zijn Duitse afkomst gewantrouwd. Op 25 juni 1940, drie dagen na de Franse capitulatie, sprak hij voor de Overseas Service van de Britse staatszender BBC over Adolf Hitler als "een Duitse tiran" en sprak hij al zijn vertrouwen uit in de Britse overwinning op nazi-Duitsland.[27]

Voor de aankoop van oorlogsmaterieel werd door de prins op 10 augustus 1940 het Prins Bernhard Fonds opgericht. Vanaf de oprichting was hij regent.

Op 13 november 1940 werd Bernhard verbindingsofficier tussen de Nederlandse en Britse strijdkrachten. In het najaar van 1940 kreeg de prins vliegles op Hatfield en behaalde zijn vliegbrevet. Hoewel hij later deed voorkomen alsof er sprake was geweest van een carrière als oorlogsvlieger, bestaat er maar één gedocumenteerd geval van een vlucht boven vijandelijk gebied en wel op 21 juni 1944 boven Noord-Frankrijk. Om mee te mogen had hij naar zijn eigen zeggen de commandant met een fles whisky omgekocht.[28] Regelmatig bezocht hij in Engeland Nederlandse militairen.

De prins kreeg in 1941 bij de Royal Air Force (RAF) de rang van Honorary Air Commodore.[29] Op 12 juni 1943 richtte hij in Engeland het 322 Dutch Squadron RAF op, dat tot het einde van de oorlog werd ingezet voor escortemissies, bestrijding van V-1 vliegende bommen en grondaanvallen op het Duitse leger. In 1964 werd hij bij de RAF benoemd tot Honorary Air Marshall.[29]

Gedurende de oorlog zou de Nederlandse diplomaat en latere minister van Buitenlandse Zaken Joseph Luns voor de prins contact onderhouden met zijn moeder en overige familieleden in Duitsland via zijn relaties in de neutrale landen Portugal en Spanje.[30]

Volgens geruchten zou de prins de operatie Market Garden hebben ontraden, omdat snel oprukken van een tankdivisie van Nijmegen naar Arnhem onmogelijk zou zijn.[31] Het is echter uiterst onwaarschijnlijk dat de prins ooit vooraf is ingelicht over deze ultrageheime operatie, omdat hij geen formele positie had binnen de geallieerde bevelstructuur.[32] Ook de hardnekkige geruchten dat de spion Christiaan Lindemans (alias King Kong) zijn informatie over Operatie Market Garden uit het hoofdkwartier van Bernhard verkreeg, zijn daarom hoogstwaarschijnlijk onjuist.[33]

Hotel de Wereld in Wageningen, waar prins Bernhard op 5 mei 1945 aanwezig was bij de vredesbesprekingen tussen de Canadese bevrijders en Duitsland.

Koningin Wilhelmina benoemde hem in september 1944 tot opperbevelhebber van de Nederlandse Strijdkrachten en van de Binnenlandse Strijdkrachten, het geheel van gewapende verzetsgroepen in bezet Nederland. Aangezien er geen formele bevelstructuur of samenhangende organisatie voor het gewapend verzet bestond, waren zijn rol en taak in de praktijk onduidelijk, ook al omdat de verzetsgroepen het gezag van de prins niet zonder meer erkenden.[34]

De prins was aanwezig bij de vredesbesprekingen tussen de Duitse generaal Johannes Blaskowitz en de Canadese generaal Charles Foulkes op 5 mei 1945 in Hotel De Wereld in Wageningen.[35] Bij de feitelijke ondertekening, een dag later, was hij niet aanwezig.[bron?]

Naoorlogse publieke activiteiten

Ontvangst van prins Bernhard en koningin Juliana in Washington D.C door president Harry S. Truman en zijn vrouw in 1952.
Op bezoek in het voormalige concentratiekamp Dachau in 1968.

In september 1945 werd hij eervol ontslagen als bevelhebber van de Nederlandse Strijdkrachten en van de Binnenlandse Strijdkrachten. De prins ruilde deze functies in voor die van inspecteur-generaal van de Koninklijke Landmacht. Een jaar later werd hij ook inspecteur-generaal van de Koninklijke Marine en vanaf 1953 eveneens van de Koninklijke Luchtmacht. In 1970 werden deze functies samengevoegd tot die van inspecteur-generaal der Krijgsmacht.[29]

Van 1954 tot 1976 was Bernhard voorzitter van de Bilderbergconferentie. De stichters hadden hem gevraagd als boegbeeld te fungeren. Deze internationale politieke groepering, waarvan de samenstelling enigszins varieert, komt jaarlijks bijeen om onder strikte geheimhouding te praten over politiek en Europese eenheid.

De initiatiefnemers van het Wereld Natuur Fonds vroegen hem in 1962 als hun eerste president. Hij bleef in die functie tot eind 1976.[36]

In eigen land was de prins oprichter en regent van de Stichting Praemium Erasmianum en deelde hij jaarlijks de Erasmusprijs uit. De doelstelling van het Prins Bernhard Fonds werd na de oorlog gewijzigd in 'de bevordering van de geestelijke weerbaarheid door middel van culturele zelfwerkzaamheid' en kreeg de naam van Prins Bernhard Cultuurfonds. Elk jaar reikte hij tot aan het eind van zijn leven de Zilveren Anjer uit aan personen van onbesproken vaderlands gedrag die in enigerlei vorm van onverplichte arbeid verdiensten hadden verworven voor de Nederlandse cultuur of voor die van de Nederlandse Antillen.

Bernhard was van 1956 tot 1977 voorzitter van de Europese Culturele Stichting, die in 1954 was opgericht door de Zwitserse filosoof Dennis de Rougemont.[29]

In 1970 richtte hij de 1001 Club op, die zich bezighoudt met het op basis van lidmaatschap innen van financiële bijdragen voor het Wereld Natuur Fonds. Elk lid dient een bedrag van 10.000 US-dollar in te leggen. Het geld is bedoeld voor de administratieve kosten.

In 1975 werd Bernhard beschermheer van AMREF, Flying Doctors Nederland, een organisatie die zich inzet voor betere gezondheid in Afrika.[37]

Tot eind 1976 was hij goodwill-ambassadeur van het Nederlandse bedrijfsleven in het buitenland. In die hoedanigheid maakte hij veel buitenlandse reizen.

Andere functies die hij bekleedde:

Greet Hofmans

Prinses Marijke werd geboren met een oogafwijking. Prins Bernhard introduceerde de gebedsgenezeres Greet Hofmans aan het hof om de oogziekte te genezen. Hofmans kreeg grote invloed op Juliana. Juliana uitte in haar toespraken pacifistische standpunten, die voortkwamen uit haar contacten met Hofmans en die Bernhard verontrustten. Naar eigen zeggen werd hij pas echt kwaad toen Hofmans hem ervan betichtte geld van Juliana te hebben gestolen.

Hij lekte daarop naar een bevriende journalist van het Duitse weekblad Der Spiegel informatie over de band van Hofmans met zijn echtgenote. Het artikel met de titel ‘Zwischen Königin und Rasputin, Geheimnisse im Haus Oranje’ veroorzaakte in Nederlandse regeringskringen veel onrust. Het kabinet voelde zich gedwongen in te grijpen en verbood de verspreiding van het weekblad in Nederland.

Juliana en Bernhard stelden een commissie van wijze mannen in, de commissie-Beel, die in eerste instantie onderzoek moest doen naar wie naar het Duitse weekblad gelekt had. In het eindrapport adviseerde de commissie dat Juliana het contact met Greet Hofmans moest verbreken.[38]

Anjer in knoopsgat

Bernhard droeg zijn hele volwassen leven een verse witte anjer in het knoopsgat van zijn revers (kleding). De gelegenheid van zijn eerste verjaardag in bezettingstijd, 29 juni 1940, werd in Nederland aangegrepen om te protesteren tegen de Duitse bezetting en om aanhankelijkheid te tonen aan het koningshuis. Het protest uitte zich onder andere in het dragen van een witte anjer in het knoopsgat van de linkerrever van een colbert. Deze dag werd bekend als Anjerdag.

Wiedergutmachungsverdrag

In 1963 ontving Bernhard ten onrechte een miljoen D-Mark via het Wiedergutmachungsverdrag dat West-Duitsland en Nederland na de Tweede Wereldoorlog gesloten hadden. De Nederlandse minister van Buitenlandse Zaken Joseph Luns had dat voor hem geregeld. Bernhard had in de jaren dertig op een familierekening 87.000 Reichsmark staan, maar dat was na de oorlog door de Britse bezettingsmacht in beslag genomen. De prins had in 1943 afstand gedaan van iedere nalatenschap van zijn ouders. Desondanks diende hij een vordering in van 1,4 miljoen D-Mark. Daarvan werd uiteindelijk een vol miljoen uitbetaald. Luns had Bernhard schriftelijk laten weten dat de transactie geheim gehouden zou worden. Zou het toch aan het licht komen, dan zou de Nederlandse regering het officieel ontkennen.[39]

Lockheed-affaire

Koningin Juliana en prins Bernhard keren op 26 augustus 1976 op paleis Soestdijk terug uit Italië, omdat minister-president Joop den Uyl in het Nederlandse parlement de resultaten van de Commissie van Drie bekend ging maken. Achterin koningin Juliana met het hondje Sara.

Minister-president Joop den Uyl maakte in 1976 officieel bekend dat prins Bernhard betrokken was geweest bij een smeergeldaffaire bij de Amerikaanse vliegtuigfabrikant Lockheed. Onder de vele bewijzen was een brief van de prins, waarin hij om betaling verzocht.

Daarnaast was ontdekt dat de prins betrokken was geweest bij het betalen van steekpenningen aan de Argentijnse regering van Juan Perón, opdat Argentinië Nederlands rollend materieel van Werkspoor zou kopen.

Bij de Lockheed-affaire ging het om een bedrag van in totaal 1,1 miljoen US-dollar dat Bernhard onrechtmatig ontvangen had. In ruil daarvoor adviseerde hij de Nederlandse regering om materieel van Lockheed aan te schaffen. Dat de prins het geld daadwerkelijk ontvangen had, kon echter niet bewezen worden.

Een driehoofdige door het Nederlandse kabinet ingestelde onderzoekscommissie, de Commissie van Drie, beoordeelde een aantal handelingen van de prins als laakbaar.[40] Koningin Juliana overwoog af te treden. Kroonprinses Beatrix gaf aan dat ze haar moeder in dat geval niet wilde opvolgen. Staatssecretaris van Volkshuisvesting Marcel van Dam dreigde met aftreden als de prins niet, gelijk aan iedere staatsburger, zou worden vervolgd. Aan de andere kant beseften veel betrokkenen dat het koninkrijk niet op een crisis binnen de monarchie zat te wachten.

Den Uyl slaagde erin een compromis te bewerkstelligen, waarmee - na uitvoerig overleg - de Staten-Generaal akkoord gingen. Besloten werd de kwestie niet voor de rechtbank aanhangig te maken, maar om het rechtsgevoel te bevredigen werd Bernhard gedwongen zijn functie als inspecteur-generaal van de Krijgsmacht neer te leggen, alsmede af te zien van enkele andere openbare functies. Ook werd hem verzocht in het vervolg het dragen van militaire uniformen achterwege te laten.[41]

Uiteindelijk droeg Bernhard toch nog enkele keren een militair uniform, maar altijd na overleg met de minister-president, zoals bij de begrafenis van Louis Mountbatten. In 1991 kreeg hij voor zijn tachtigste verjaardag van toenmalig minister-president Ruud Lubbers toestemming om bij voorkomende gelegenheden altijd militaire uniformen te dragen, maar hij maakte daar zelden gebruik van. Wel koos hij ervoor om in uniform te worden begraven.

In een na zijn dood gepubliceerd interview met de journalist Martin van Amerongen in weekblad De Groene Amsterdammer gaf hij toe dat het een grote fout van hem was geweest om het geld aan te nemen.

Tijdens het onderzoek naar de Lockheed-affaire werden documenten ontdekt waaruit bleek dat Bernhard ook door de Amerikaanse vliegtuigfabrikant Northrop was omgekocht. Den Uyl had daarvan de openbaarmaking tegengehouden, omdat anders strafvervolging wellicht onafwendbaar was geworden en koningin Juliana dan mogelijk zou zijn afgetreden.[42] De kwestie kwam pas in 2008 aan het daglicht. Tijdens de Lockheed-affaire kwamen ook concretere details aan het licht dat Bernhard een maîtresse, 'Poupette', en een onwettige dochter, Alexia, had.[43]

Een open brief

In 2004 schreef prins Bernhard een open brief aan dagblad de Volkskrant. De prins liet weten dat Jan Kikkert, Tomas Ross, Hans Galesloot en Philip Dröge met publicaties over hem te ver waren gegaan. Om dat te bewijzen had hij de oud-directeur van de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD), Hans van der Voet, gevraagd onderzoek te doen naar vijf onderwerpen:

  • Geruchten over het vermeend losbandige leven van zijn moeder
  • De vermeende nazi-sympathieën van zijn moeder
  • De twee zonen die hij in Londen zou hebben verwekt
  • Een brief die de prins zou hebben geschreven aan Adolf Hitler over zijn landvoogdijschap over Nederland, de zogeheten stadhoudersbrief
  • De beschuldiging dat hij de Slag om Arnhem zou hebben verraden.

Van der Voet vond geen bewijzen voor de beweringen.[44][45]

Ziekte

In zijn leven werd de prins meer dan vijftig keer geopereerd.[46] Vaak gebeurde dat in het Academisch Ziekenhuis Utrecht. In 1994 was zijn medische toestand kritiek na een darmoperatie, waarbij hij door complicaties en een schoklong in levensgevaar kwam. Na een lang ziekbed herstelde hij en bleek in staat het jaarlijkse Veteranendefilé af te nemen. In 1999 werd Bernhard opnieuw geopereerd, ditmaal aan zijn luchtpijp en in 2000 werd een kwaadaardige tumor verwijderd uit zijn borstkas.

Overlijden

Het stoffelijk overschot van prins Bernhard op weg naar de Nieuwe Kerk in Delft

De RVD maakte op 17 november 2004 bekend dat de prins aan longkanker leed. Op 29 november volgde een nieuwe mededeling. Naast de eerder vastgestelde tumor in de luchtwegen was nu ook een kwaadaardige tumor in de darmen vastgesteld.

Op 1 december 2004 werd hij om 16.30 uur overgebracht naar het Universitair Medisch Centrum Utrecht (UMC). Daar werd, op zijn verzoek, de behandeling gestaakt. Prins Bernhard overleed dezelfde avond om 18.50 uur. Hij werd 93 jaar oud.[47] De Rijksvoorlichtingsdienst maakte om 21.30 uur zijn overlijden wereldkundig.[48]

Van 7 tot en met 9 december was er in de Chapelle Ardente van Paleis Noordeinde voor iedereen gelegenheid om afscheid te nemen. De staatsbegrafenis vond plaats op zaterdag 11 december 2004 in de Nieuwe Kerk in Delft. De uitvaart droeg een militair karakter; de lijkkist met zijn lichaam werd op een affuit naar Delft gebracht. Met een Missing Man-formatie bewees de Koninklijke Luchtmacht de laatste eer. Na de plechtigheid werd de prins, gedragen door militairen van het Regiment Huzaren van Boreel, bijgezet in de Grafkelder van Oranje-Nassau. Hij werd begraven in zijn uniform van generaal-vlieger.[48] Op zijn verzoek werd hij niet gebalsemd.[48]

Postuum gepubliceerde interviews

Weekblad De Groene Amsterdammer publiceerde op 10 december 2004 een reeks interviews met de prins, die de in 2002 overleden journalist Martin van Amerongen tussen 1995 en 2000 met hem had.[49]

Dagblad de Volkskrant bracht in december 2004 een reeks interview met de prins, gebaseerd op negen gesprekken die hij vanaf 2001 had gevoerd met zijn vriend hoofdredacteur Pieter Broertjes en journalist Jan Tromp, buiten medeweten van de regering, de RVD en zijn familieleden. In het interview onthulde Bernhard voor de buitenwereld het bestaan van zijn buitenechtelijke dochter Alicia en bevestigde hij de al lange tijd gaande geruchten over dochter Alexia. Hij verstrekte nadere bijzonderheden over de zaak-Greet Hofmans. Toen een dag later archiefstukken over de zaak-Greet Hofmans openbaar werden gemaakt, bleek dat de opvattingen van de prins niet geheel met de feiten overeenkwamen.[50]

Onderscheidingen

De prins was verzot op uniformen en onderscheidingen. Veel van zijn orden gaf hij in bruikleen aan het Museum van de Kanselarij van de Nederlandse Ridderorden op Paleis Het Loo. Als de prins zijn onderscheidingen droeg, gaf hij de voorkeur aan de in verband met de Tweede Wereldoorlog verkregen orden, kruisen en medailles. Vanaf het einde van die oorlog droeg Bernhard de onderscheidingen op de Engelse wijze en niet zoals in Nederland gebruikelijk is in de Nederlandse of Pruisische trant.

Zie Lijst van onderscheidingen van prins Bernhard der Nederlanden voor het hoofdartikel over dit onderwerp.

Varia

  • Bernhard stal aan het eind van de Tweede Wereldoorlog in Beneden Leeuwen met zijn chauffeur schoenen, kleding en voedsel van het Britse bevrijdingsleger die hij verdeelde onder Nederlandse soldaten bij Wamel.[51]
  • Bernhard was een groot liefhebber van Ferrari's, alsook van andere luxe auto's. Onder de Ferrari's die in zijn bezit zijn geweest, behoren een Ferrari Europe Coupe PF uit 1953, een Ferrari 212 Inter uit 1955 (waarvan er vijf gemaakt zijn),[52] een Ferrari 250 GT uit 1957, een Ferrari 365 GT 2+2, een Ferrari 400i,[53] een Ferrari Monza, een Ferrari 330 GT/500 Superfast Speciale uit 1964 (waarvan 37 exemplaren gemaakt zijn) en een Ferrari 356. Toen hij 89 jaar oud was, kocht hij een Ferrari 456 GT - V12, die met een vermogen van 442pk een topsnelheid van 341 km kon behalen.[54][55]
  • Prins Bernhard was naar verluidt bevriend met Ian Fleming, de bedenker van James Bond.[bron?] Bernhard dronk, net als de fictieve geheimagent Bond, zijn Wodka Martini altijd geschud en niet geroerd.[54]
  • Het Den Hartogh Ford Museum in Hillegom heeft in zijn collectie de beige Ford V8, de 'verlovingsauto' uit bouwjaar 1935.
  • Fotograferen en filmen deed prins Bernhard graag. Het Rijksmuseum Amsterdam bezit foto's van zijn hand.[56]

Titels en predicaten

  • Bernhard graaf von Biesterfeld (1911-1916)
  • Zijne Doorluchtige Hoogheid prins Bernhard zur Lippe-Biesterfeld (1916-1937)
  • Zijne Koninklijke Hoogheid prins Bernhard der Nederlanden, Prins van Lippe-Biesterfeld (1937-1948, 1980-2004)
  • Zijne Koninklijke Hoogheid De Prins der Nederlanden (1948-1980)

Literatuur

  • Biesemaat, Ton (2007), Bernhard gate. Elmar BV io
  • Brave-Maks, M. (1962), Prins Bernhard in oorlogstijd, Elsevier, Amsterdam/Brussel
  • Bree, H. van (2004), Het aanzien van Bernhard. Het Spectrum
  • Broertjes, P. en Tromp, J. (2004), De Prins spreekt.
  • Fasseur, C., (2009), Juliana & Bernhard, Verhaal van een huwelijk 1936-1956
  • Hatch, A. (1962), Prins Bernhard. Zijn plaats en functie in de moderne monarchie. Een geautoriseerde biografie.
  • Herenius-Kamstra, A. (1986), Bernhard 75 jaar: Het actieve leven van een bijzonder man, Zomer & Keuning, Ede
  • Klinkenberg, W. (1976), "Prins Bernhard Tussen IG-Farben en Lockheed", Overdruk uit De Nieuwe Linie van 28-01, 04-02, 11-02, 18-02 en 25-02-1976, De Nieuwe Linie, Amsterdam
  • Klinkenberg, Wim (1979, 1986), Prins Bernhard – Een politieke biografie. 1911-1986, Onze Tijd/In de Knipscheer, Haarlem
  • Lammers, F.J. (1986), In gesprek met Prins Bernhard, Holandia, Baarn
  • Nord, Max (samensteller) (1961), Prins Bernhard vijftig toespraken (50e verjaardag Z.K.H.), W. ten Have, Amsterdam
  • Schrage, E.J.H. (2004), Zur Lippe-Biesterfeld. Prinses Armgard, prins Bernhard en hun houding tegenover nazi-Duitsland, Balans, Amsterdam
  • Varekamp, E. en Peet, M. (2004), Agent Orange 1
  • Varekamp, E. en Peet, M. (2006), Agent Orange 2
  • Varekamp, E. en Peet M., (2008), Agent Orange 3
  • Veenendaal, Harry en Kelder, Jort (2009), ZKH, Hoog spel aan het hof van Zijne Koninklijke Hoogheid
  • Waterink, J. (1951), Onze Prins in het publiek en binnenskamers, z.j.
  • Zijl, Annejet van der (2010), Bernhard. Een verborgen geschiedenis. Querido, Amsterdam

Zie ook

Externe links

Zie de categorie Bernhard of Lippe-Biesterfeld van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.